Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekers in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake de uithuisplaatsing van een kind. De ouders, aangeduid als 'de moeder' en 'de vader', hebben hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van de rechtbank Gelderland. De beschikking betreft de machtiging tot uithuisplaatsing van hun kind, die op 6 september 2019 is verstreken. Het hof verwijst naar zijn eerdere tussenbeschikking van 27 augustus 2019, waarin de gecertificeerde instelling (GI) was verzocht om de ouders op te nemen in een familiegezinshuis. De ouders zijn bijgestaan door hun advocaat, mr. A.L. Witteveen, terwijl de GI, Stichting Jeugdbescherming Gelderland, als verweerster optreedt.
Het hof heeft vastgesteld dat er ernstige zorgen waren over de veiligheid van het kind bij de ouders, waaronder onveilig gedrag van de moeder en mogelijke betrokkenheid van de vader bij zedenzaken. Ondanks de ontkenning van de moeder over haar problemen, zoals ADHD en een borderline persoonlijkheidsstoornis, waren er sterke aanwijzingen van huiselijk geweld door de vader. De ouders hebben niet voldoende samengewerkt met het gezinshuis, wat heeft geleid tot de conclusie dat de uithuisplaatsing noodzakelijk was.
Het hof heeft de grief van de ouders afgewezen en de bestreden beschikking bekrachtigd. Ook is het verzoek van de ouders tot nader onderzoek afgewezen, omdat dit niet zou leiden tot een beslissing in de zaak. De beschikking is op 21 juli 2020 uitgesproken in het openbaar.