Uitspraak
[appellant],
Telfort,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
De vaststaande feiten
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
Bovendien rust op Telfort ook niet een dergelijke zorgplicht. Die zou meebrengen dat Telfort uit eigen beweging veel informatie in moet winnen over de financiële situatie van al haar zakelijke klanten om daaraan uit zichzelf bepaalde consequenties te verbinden met als doel deze klanten tegen hun eigen keuzes in bescherming te nemen. Dit kan niet van Telfort worden verlangd. Hierbij merkt het hof nog op dat uit productie 7 van de conclusie van repliek van de zijde van Telfort evenwel blijkt dat zij bij de aanvraag van het derde mobiele abonnement (de tweede overeenkomst) een creditcheck heeft aangevraagd bij haar debiteurenafdeling. Dus ook al zou Telfort voornoemde zorgplicht ten opzichte van [appellant] wel hebben, dan heeft zij daar aan voldaan.
5.19 Voor zover [appellant] nog een beroep heeft gedaan op richtlijnen die de Landelijke Kantonrechtersvereniging hanteert voor telecomaanbieders om resterende abonnements-gelden te kunnen vorderen in geval van voortijdige beëindiging van het contract, geldt dat [appellant] dat beroep niet heeft toegelicht, terwijl zonder nadere toelichting dat beroep niet voor zichzelf spreekt, nu die richtlijnen zien op overeenkomsten tussen telecomaanbieders en consumenten.
6.De slotsom
7.De beslissing
23 juni 2020.