Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
Het hof verwijst naar dat vonnis.
2.Het geding in hoger beroep
17 februari 2020, waarbij zijn verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsanerings-regeling is afgewezen. [appellante] is vanwege gezondheidsredenen niet ter zitting verschenen. Namens haar heeft mr. Van Ewijk het woord gevoerd. Ook is verschenen de op 25 november 2016 benoemde beschermingsbewindvoerder van [appellante] , [C] van KempenBewind B.V.
3.De motivering van de beslissing in hoger beroep
[appellante] is langdurig en volledig arbeidsongeschikt (ernstige rug- en knieklachten).
In 2013 heeft zij een TIA gehad. Zij ontvangt een WIA-uitkering.
De inkomsten uit uitkering worden ontvangen en beheerd door de beschermingsbewind-voerder, die de maandelijkse vaste lasten voor [appellante] betaalt en wekelijks € 85 aan leefgeld aan [appellante] overmaakt. Begin mei 2020 zijn [appellante] en haar zoon verhuisd naar een gelijkvloerse huurwoning.
Tot deze schuldenlast behoren onder meer twee schulden aan de belastingdienst van
€ 3.337,23 en € 2.518,18 en in 2017 ontstane schulden aan T-Mobile Netherlands B.V. van
€ 403,01, Tele2 van € 716,48 en Ziggo Services B.V. van € 723,66.
Uit het bij de e-mail van 4 juni 2020 gevoegde schuldenoverzicht van de afdeling Schuldregeling en Budgetbeheer van de gemeente Utrecht blijkt dat [appellante] en [B] sinds 2017 in totaal ruim € 4.000 op hun schulden hebben afgelost.
kan worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling.