Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[geïntimeerde1] ,
[geïntimeerde2],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende een koopovereenkomst van een woning. De appellant, wonende te [A], heeft in eerste aanleg als gedaagde gefungeerd en wordt vertegenwoordigd door advocaat mr. A. Teune. De geïntimeerden, [geïntimeerde1] en [geïntimeerde2], wonende te [B], Duitsland, zijn in eerste aanleg eisers en worden vertegenwoordigd door advocaat mr. T.P. Boer. De zaak is een vervolg op een tussenarrest van 3 september 2019. Het hof heeft de inhoud van dit tussenarrest overgenomen en het verdere verloop van het geding in hoger beroep vastgesteld op basis van processtukken, waaronder een proces-verbaal van getuigenverhoor van 18 december 2019.
Het geschil draait om de vraag of de appellant de contractuele boete verschuldigd is, omdat hij de door hem gekochte woning niet heeft afgenomen. De appellant stelt dat de koopovereenkomst hem niet ter hand is gesteld, waardoor hij deze heeft ontbonden voor het einde van de bedenktermijn. Het hof heeft in het tussenarrest geoordeeld dat een koopovereenkomst ook per e-mail ter hand kan worden gesteld. De getuigenverklaring van de verkoopmakelaar ondersteunt de stelling dat de e-mail met de koopovereenkomst naar het juiste e-mailadres van de appellant is verzonden.
Het hof heeft vastgesteld dat de e-mail op 3 december 2015 is verzonden en dat de appellant deze heeft ontvangen. De appellant heeft aangeboden tegenbewijs te leveren, maar het hof heeft geoordeeld dat hij al voldoende gelegenheid heeft gehad om dit te doen. Vervolgens heeft het hof de vraag van de matiging van de contractuele boete beoordeeld. Het hof heeft geconcludeerd dat de billijkheid eist dat de boete, oorspronkelijk vastgesteld op € 34.000,00, wordt gematigd tot € 3.400,00, rekening houdend met de omstandigheden van de zaak en de financiële situatie van de appellant. Het hof heeft de appellant veroordeeld tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft de kosten van beide instanties toegewezen.