Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
ProRail B.V.,
1.Het verdere verloop van en de beslissing in hoger beroep
“De werkgever willigt dit verzoek in, mits het bedrijfsbelang zich er niet tegen verzet. De medewerker die na de AOW gerechtigde leeftijd wil doorwerken, en daartoe door de werkgever ook in de gelegenheid wordt gesteld, is werkzaam op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd.”Op 27 december 2018 is [geïntimeerde] 66 jaar geworden en is het dienstverband dus van rechtswege geëindigd. [geïntimeerde] heeft verzocht om te mogen doorwerken tot haar 68e jaar omdat zij op die leeftijd pas aanspraak kan maken op een aanvullend pensioen van het Spoorwegpensioenfonds.
ProRail heeft in dit verband ook aangevoerd dat zij in het kader van de inwilliging van doorwerkverzoeken nooit arbeidsovereenkomsten voor de duur van twee jaar sluit. Het hof acht het voorstelbaar dat ProRail in het kader van de inwilliging van een doorwerkverzoek wil kunnen inspelen op ontwikkelingen aangaande het bedrijfsbelang en zich daarom niet voor een langere termijn vast wil leggen. Tegen de achtergrond van deze omstandigheden is het hof er in dit kort geding nog onvoldoende van overtuigd dat ProRail (in een bodemprocedure) zonder meer gehouden zou zijn een arbeidsovereenkomst voor de duur van (in totaal) 2 jaar met [geïntimeerde] te sluiten. Wel acht het hof het voldoende waarschijnlijk dat, nu het werk in voldoende mate voorhanden blijkt te zijn, ProRail in ieder geval gehouden zou zijn om [geïntimeerde] tot 1 juli 2020 op basis van een arbeidsovereenkomst werkzaam te laten zijn.