In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is behandeld, gaat het om een burenconflict dat voortvloeit uit een discrepantie tussen een koopovereenkomst en een notariële leveringsakte. De appellanten, die de woning op perceel nr. 3298 hebben gekocht, stelden dat de verkopers, [geïntimeerden 1 en 2], tekort zijn geschoten in hun verplichtingen door een deel van het perceel dat zij dachten te kopen, niet te leveren. De zaak begon met een vordering van de appellanten in eerste aanleg, waarin zij een verklaring voor recht vroegen dat de verkopers toerekenbaar tekortgeschoten waren en hen hoofdelijk wilden veroordelen tot betaling van een schadevergoeding van € 36.361,25, vermeerderd met rente en kosten. De rechtbank Overijssel wees deze vordering af, wat leidde tot het hoger beroep.
Het hof oordeelde dat de verkopers tekortgeschoten zijn in hun verplichtingen, omdat zij de ontbrekende strook grond niet hebben geleverd. De appellanten hadden erop vertrouwd dat de erfgrens samenviel met het hart van een haag die als afscheiding was geplant, maar de kadastrale grens bleek op een andere plek te liggen. Het hof concludeerde dat de verkopers onrechtmatig hebben gehandeld door deze informatie niet correct te verstrekken. De makelaar, KockvanBenthem Makelaars B.V. (KVB), werd in het hoger beroep niet aansprakelijk gesteld, omdat het hof oordeelde dat KVB op de informatie van de verkoper mocht vertrouwen.
Het hof vernietigde het vonnis van de rechtbank voor zover dat betrekking had op de verkopers en verklaarde voor recht dat zij toerekenbaar tekortgeschoten waren. De zaak werd verwezen naar de schadestaatprocedure om de exacte schadevergoeding vast te stellen. De kosten van het hoger beroep werden toegewezen aan de in het ongelijk gestelde partijen, waarbij de appellanten in de kosten van KVB werden veroordeeld, terwijl de verkopers ook in de kosten van de appellanten werden veroordeeld.