2.11Omdat het hof oordeelt dat [geïntimeerde] geen recht heeft op schadevergoeding en de overeenkomst van opdracht tussen [geïntimeerde] en het advocatenkantoor niet is ontbonden, moet [geïntimeerde] in beginsel de uitstaande rekening van het advocatenkantoor betalen. [geïntimeerde] heeft echter bezwaar gemaakt tegen een aantal onderdelen van de facturen van het advocatenkantoor en het hof begrijpt dat [geïntimeerde] betwist dat hij deze bedragen op grond van de overeenkomst van opdracht moet betalen. Het gaat om de volgende posten:
a. Een bedrag van € 16,67 excl. BTW en € 20,17 inclusief BTW voor tijd besteed door mevrouw [A] op 4 december 2013, die volgens [geïntimeerde] niet zijn besteed. Dit bedrag is door het advocatenkantoor niet betwist, zodat het hof [geïntimeerde] hierin zal volgen.
b. Een niet gespecificeerd bedrag voor uren besteed door mr. Berkvens-Van Wijk. [geïntimeerde] vindt dat in redelijkheid niet alle uren van mr. Berkvens-Van Wijk tegen het gehanteerde tarief in rekening kunnen worden gebracht. Het hof volgt [geïntimeerde] daarin niet. Voor zover [geïntimeerde] heeft willen betogen dat hij niet ingestemd heeft met het feit dat mr. Berkvens-van Wijk in februari tijd aan zijn zaak zou besteden, staat vast dat hij zich bij haar bemoeienis heeft neergelegd. Voor zover [geïntimeerde] bezwaar heeft gemaakt tegen het aantal uren dat mr. Berkvens-Van Wijk heeft besteed, wijst het advocatenkantoor erop dat veel tijd is besteed aan het bestuderen van de grote hoeveelheid stukken die [geïntimeerde] bij het advocatenkantoor heeft bezorgd en het veelvuldige contact met [geïntimeerde] . [geïntimeerde] heeft dat onvoldoende betwist. Voor zover [geïntimeerde] ook heeft betoogd dat mr. Berkvens-Van Wijk teveel tijd aan studie heeft besteed, geldt dat [geïntimeerde] niet heeft onderbouwd hoeveel uren studie van mr. Berkvens-Van Wijk of mr. [appellant] zelf voor zijn zaak redelijk zouden zijn geweest en welke financiële consequenties daaruit dus getrokken moeten worden. Het hof zal op dit punt daarom het advocatenkantoor volgen.
c. Het in rekening gebrachte honorarium voor de tijd van mr. Van Berkvens-Van Wijk besteed in februari (gedeeltelijk) en in maart voor kopieerwerk, printwerk en ordenen van stukken. Het betreft in totaal 13,5 uren à € 200 ex BTW, dat is in totaal € 3.267 inclusief BTW. Het advocatenkantoor heeft dit niet betwist, zodat het hof [geïntimeerde] hierin zal volgen.
d. Een niet gespecificeerd bedrag voor niet gespecificeerde uren van mr. Van Berkvens-Van Wijk in latere maanden voor dezelfde werkzaamheden. Dit verweer zal worden gepasseerd als onvoldoende gespecificeerd.
e. Het honorarium voor 4,5 uren reistijd van mr. Berkvens-Van Wijk om een processtuk bij de Rechtbank Bergen op Zoom te bezorgen à € 200 per uur ex BTW, dat is in totaal inclusief BTW € 1.089. Het advocatenkantoor heeft tijdens de comparitie van partijen in hoger beroep aangegeven dat dit noodzakelijk was door laatste wijzigingen, maar heeft daarmee onvoldoende onderbouwd dat dit aan [geïntimeerde] te wijten was en dat geen andere manier gevonden kon worden om het processtuk te bezorgen. Het hof volgt hierin dus [geïntimeerde] .
f. Uren besteed door mr. B. Molenaar in deze zaak. Volgens [geïntimeerde] zou het een andere zaak betreffen, waaraan zowel mr. Molenaar als mr. Berkvens-Van Wijk hebben gewerkt. Ook zou het in strijd zijn met de afspraak dat de zaak door mr. Berkvens-Van Wijk gedaan zou worden voor een lager tarief. Dat laatste bezwaar gaat op. Het advocatenkantoor heeft tijdens de comparitie van partijen in hoger beroep erop gewezen dat de tijd van mr. Molenaar is besteed aan de conclusie van dupliek in de zaak van [geïntimeerde] . Daarop is [geïntimeerde] niet meer teruggekomen. Het advocatenkantoor is echter niet ingegaan op het bezwaar van [geïntimeerde] dat afgesproken was dat mr. Berkvens-Van Wijk de zaak zou behandelen. Het hof zal hierin [geïntimeerde] dan ook volgen. De door mr. Molenaar besteedde uren zullen daarom worden toegekend tegen het tarief dat voor mr. Berkvens-Van Wijk was afgesproken. Het betreft 11,15 uren die dan tegen een uurtarief van € 200 in plaats van € 250 per uur exclusief BTW in rekening zouden zijn gebracht. [geïntimeerde] hoeft dus € 557,50 exclusief BTW en € 674,58 inclusief BTW niet te betalen. Daarnaast betwist [geïntimeerde] dat de uren die mr. Berkvens-Van Wijk op 19 en 20 augustus heeft geschreven zijn besteed aan de zaak waarvoor de declaratie is verstrekt. Het betreft een bedrag van € 83,33 exclusief BTW en € 100,83 inclusief BTW. Ook dit is door het advocatenkantoor niet betwist, zodat het hof ook daarin [geïntimeerde] zal volgen.
g. Een ongespecificeerd aantal uren dat teveel zou zijn besteed aan de conclusie van dupliek. Aan dit verweer zal worden voorbijgegaan als onvoldoende gespecificeerd.
h. [geïntimeerde] betwist ten slotte de tariefsverhoging van Mr. Berkvens-Van Wijk nadat zij op 28 augustus 2015 is beëdigd, eerst naar € 250 en vervolgens binnen een maand naar € 275. Het betreft 30 minuten die tegen een uurtarief van € 250 in plaats van € 200 zijn gedeclareerd, dat wil zeggen € 25 euro teveel exclusief BTW en € 30,25 inclusief BTW en 45 minuten die tegen een uurtarief van € 275 in rekening zijn gebracht in plaats van € 200, dus € 56,25 exclusief BTW en € 68,06 inclusief BTW. Ook dit is door het advocatenkantoor niet betwist, zodat het hof hierin [geïntimeerde] zal volgen.