Uitspraak
BJ,
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De verdere beoordeling van de grieven en de vordering
posten 18, 29 (33), 56, 57 en S4.
post 15) onder de door BJ voor [geïntimeerde] uit te voeren werkzaamheden waren begrepen, aan de bindend adviseur hebben voorgelegd. De bindend adviseur heeft daarover in zijn bericht van 5 december 2014 op pagina 19 een standpunt ingenomen, te weten dat hij oordeelt dat in de offerte duidelijk stond beschreven dat de ramen zouden worden voorzien van een aluminium inzethor en dat daarvan geen specificatie is gegeven zodat er vanuit mag worden gegaan dat alle ramen werden voorzien van zo’n hor. De bindend adviseur heeft daarop geconcludeerd dat het opvoeren van een bedrag voor de missende horren zijns inziens correct is. De bindend adviseur heeft daarmee kennelijk tot uitdrukking gebracht dat de woning op dit onderdeel niet was uitgevoerd ‘op basis van de overeenkomst en de nadere afspraken’. De bindend adviseur is daarmee, anders dan BJ stelt, binnen de reikwijdte van de aan hem toegekende beslissingsvrijheid gebleven. Zijn oordeel dienaangaande is evenmin onbegrijpelijk. Er kan dan ook niet worden gezegd dat de bindend adviseur niet in redelijkheid tot het oordeel heeft komen dat deze post in de verrekening tussen partijen betrokken diende te worden. Ten aanzien van deze post is het bindend advies daarom niet vernietigbaar.