Uitspraak
verweerster in het incidenteel hoger beroep,
[naam bedrijf],
verzoeker in het incidenteel hoger beroep,
1.1. Het geding in eerste aanleg
2.2. Het geding in hoger beroep
- het verweerschrift in incidenteel hoger beroep.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende de toekenning van een transitievergoeding en een aanzegvergoeding aan de verzoekster, die in dienst was als nagelstyliste bij de verweerder. De verzoekster had in eerste aanleg de kantonrechter verzocht om betaling van achterstallig salaris, aanzegvergoeding en transitievergoeding. De kantonrechter heeft de verzoeken gedeeltelijk toegewezen, maar de verzoekster was het niet eens met de afwijzing van de transitievergoeding van € 804,55. In hoger beroep heeft de verzoekster betoogd dat haar dienstverband in totaal 24 maanden heeft geduurd, terwijl de kantonrechter dit had vastgesteld op een kortere periode. De verweerder heeft in incidenteel hoger beroep verzocht om de aanzegvergoeding te verlagen. Het hof heeft geoordeeld dat de kantonrechter ten onrechte de duur van het dienstverband had vastgesteld en heeft de transitievergoeding vastgesteld op € 677,-. De aanzegvergoeding is vastgesteld op € 783,83. De beslissing van de kantonrechter is gedeeltelijk vernietigd en de verzoeken zijn opnieuw beoordeeld. De proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd.