Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 13 augustus 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van het gezag van de moeder over haar kind, [de minderjarige1]. De moeder, die in hoger beroep ging tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Noord-Nederland, had het gezag over [de minderjarige1] verloren na een zorgelijke opvoedomgeving en complexe problematiek bij beide ouders. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd, waarbij het belang van het kind voorop stond. De moeder had een problematische achtergrond, waaronder een cluster B-persoonlijkheidsstoornis, en was onvoldoende in staat om de verantwoordelijkheid voor de opvoeding van [de minderjarige1] te dragen. Het hof oordeelde dat de stabiliteit en continuïteit in de opvoedingssituatie van [de minderjarige1] gewaarborgd moest worden door het gezag van de moeder te beëindigen. De moeder had weliswaar positieve ontwikkelingen doorgemaakt, maar het hof concludeerde dat het perspectief van [de minderjarige1] in het pleeggezin ligt, waar hij zich veilig en stabiel ontwikkelt. De beslissing van het hof benadrukt de noodzaak van een veilige en voorspelbare omgeving voor het kind, en dat het gezag van de moeder niet in het belang van [de minderjarige1] zou zijn.