Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Almelo(hierna: de Inspecteur)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Fiscale eenheid [X] B.V. c.s. tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland, waarin een naheffingsaanslag omzetbelasting is opgelegd over het tijdvak van 1 april 2015 tot en met 30 juni 2015. De Inspecteur heeft de naheffingsaanslag gehandhaafd, waarop belanghebbende in beroep ging. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, waarna belanghebbende hoger beroep instelde bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
De zaak draait om de vraag of de Inspecteur bevoegd was om de naheffingsaanslag op te leggen, gezien de omstandigheden rondom de overdracht van een registergoed. Belanghebbende stelt dat er geen formele grondslag voor de naheffing is, omdat de verschuldigde omzetbelasting niet op aangifte had kunnen worden voldaan. Het Hof oordeelt dat de Nederlandse regelgeving in lijn is met de Btw-richtlijn en dat er een formele grondslag bestaat voor de naheffingsaanslag. Het Hof wijst erop dat de naheffingsbevoegdheid voortvloeit uit de relevante artikelen van de Btw-richtlijn en dat de inspecteur bevoegd is om belasting die op aangifte behoort te worden voldaan, na te heffen.
Het Hof verwerpt ook het argument van belanghebbende dat er een materiële grondslag voor naheffing ontbreekt, omdat de verschuldigdheid pas later is gebleken. Het Hof concludeert dat de Inspecteur bevoegd was de naheffingsaanslag op te leggen en dat het hoger beroep ongegrond is. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en er wordt geen griffierecht of proceskostenvergoeding toegekend.