Uitspraak
[appellant],
1.[geïntimeerde1] , h.o.d.n. [geïntimeerde1] Grond- en Straatwerk,
[geïntimeerde1],
Agroloon,
geïntimeerden in het principaal hoger beroep,
Agroloon c.s.,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
"Op verzoek van de heer [geïntimeerde1] ben ik vorige week maandag met hem meegegaan om een
Op de uitvoering van de werkzaamheden mag u terecht aanmerkingen maken. Door de vele
er zorg voor te dragen dat binnen 30 dagen na datum van deze brief de uitrit in
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
- een bedrag van € 21.935,22 excl. btw aan herstelkosten,
- een bedrag van € 974,61 excl. btw aan expertisekosten,
- een bedrag van € 8.000,- excl. btw aan huurderving,
alles vermeerderd met wettelijke rente vanaf de dag van de dagvaarding,
- een bedrag van € 1.158,- excl. btw aan buitengerechtelijke kosten en
- de proceskosten en de nakosten.
- een bedrag van € 10.262,55 aan openstaande facturen te voldoen, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over een bedrag van € 9.358,55 vanaf 13 oktober 2010, althans
26 september 2012 en voorts
- een trilplaat af te geven op straffe van verbeurte van een dwangsom,
B) dat hij met Agroloon een vaste aanneemsom van € 6.500,- is overeengekomen.
Daarnaast heeft de rechtbank Agroloon bij genoemd vonnis opgedragen te bewijzen dat [appellant] in het bezit is van een in eigendom aan Agroloon toebehorende trilplaat.
5.De vorderingen in hoger beroep
17 oktober 2012 en de vonnissen van de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle van
17 juli 2013 en 12 november 2014, gewezen in conventie en in reconventie, te vernietigen en, opnieuw rechtdoende, de vorderingen van [appellant] alsnog toe te wijzen en de vorderingen van Agroloon alsnog af te wijzen, met veroordeling van Agroloon in de kosten van het geding in beide instanties. [appellant] heeft twee grieven opgeworpen tegen het eindvonnis van 12 november 2014.
(€ 6.358,55+ € 904,00) = € 7.262,55, te vermeerderen met de wettelijke rente over
€ 6.358,55 vanaf 13 oktober 2010, althans vanaf 26 september 2012, tot de dag der algehele voldoening, met veroordeling van [appellant] in de kosten van de procedure in beide instanties. Daarnaast vordert Agroloon [appellant] te veroordelen tot terugbetaling van al hetgeen Agroloon naar aanleiding van de in eerste aanleg tussen partijen gewezen vonnissen aan hem heeft voldaan, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van betaling door Agroloon tot aan de dag van algehele terugbetaling door [appellant] . Agroloon heeft tien grieven opgeworpen, zeven tegen het tussenvonnis van 17 juli 2013 en drie tegen het eindvonnis.
6.Ontvankelijkheid
Beoordeling van de grieven en de vorderingen
Grief I in het principaal hoger beroep faalt.
De toplaag is onvoldoende waterafstotend met gevolg dat de klinkers te veel vocht
absorberen en vasthouden. Als gevolg hiervan is er binnen een relatief korte termijn
op diverse plekken door algengroei een groene aanslag ontstaan waardoor het oppervlak extra glad is. Voorts dienen voor zwaar verkeer geen betonklinkers van
7 centimeter zoals in het onderhavige geval, maar van 8 centimeter dik te worden gebruikt. Wederpartij dient er van op de hoogte te zijn dat een plein wat bereden wordt door zwaar verkeer met betonklinkers van de 1e kwaliteit en 8 centimeter dik dient te bestraat. Voorts constateerden wij kuilen in de bestrating, klinkers van 7 en 8 centimeter dik in het plein, waartussen kleurverschil, ruw op maat gehakte halve klinkers, in plaats van gebakken halve klinkers, beschadigde klinkers, gebroken
(…)
Het plein dient geheel opnieuw te worden aangelegd met betonklinkers van 1e kwaliteit en 8 centimeter dik. Voorts dient de vlakheid en de afwatering te worden verbeterd en dienen de betonbanden opnieuw te worden gesteld en van een
e. 400,00
Agroloon heeft geen contra-expertise laten verrichten en heeft ook overigens – mede in het licht van het feit dat Kijlstra, de leverancier van de stenen, vervangende stenen aan [appellant] heeft geleverd – niet gemotiveerd aangegeven waaruit blijkt dat de door haar aangebrachte bestrating wel aan de daaraan te stellen eisen voldeed. Agroloon stelt dat zij niet in de gelegenheid is geweest een contra-expertise te verrichten omdat zij pas op 14 maart 2011 kennis kreeg van het rapport van CED en [appellant] al enkele dagen later aankondigde te zullen starten met vervangende werkzaamheden. [appellant] heeft echter slechts de opritten laten vervangen. De pleinbestrating – waarom het hier gaat – is toen niet vervangen, zodat niet valt in te zien dat Agroloon geen contra-expertise kon laten verrichten.
Voor zover Agroloon heeft gesteld dat [appellant] haar opdracht heeft gegeven zo goedkoop mogelijke klinkers van 7 centimeter dikte te gebruiken, gaat het hof daaraan voorbij, omdat [appellant] dat met klem heeft betwist en uit de door Agroloon overgelegde offerte de dikte van de klinkers niet blijkt. Agroloon heeft bovendien geen daarop toegespitst bewijsaanbod gedaan. Daar komt nog bij dat niet is gesteld of gebleken dat Agroloon [appellant] heeft gewaarschuwd voor de ongeschiktheid van dergelijke klinkers.
[appellant] heeft Agroloon ter zake bij brief van 25 augustus 2010 in gebreke gesteld en haar gesommeerd de gebreken binnen twee weken te herstellen.
Agroloon heeft geen gevolg gegeven aan die brief. In haar memorie van antwoord heeft Agroloon aangevoerd dat zij de pleinbestrating niet kon aftrillen met een trilplaat voordat de opritten gereed waren. Het feit dat [appellant] haar geen meerwerkopdracht gaf voor het verwijderen van puin uit de opritten stond aan de voortzetting van haar werkzaamheden in de weg, zodat zij niet in staat was het werk op te leveren, aldus Agroloon. Wat daarvan ook zij, zonder nadere toelichting die ontbreekt, valt niet in te zien dat Agroloon de gebreken in de door haar aangebrachte pleinbestrating niet kon herstellen zolang de opritten niet waren vervangen.
De boekhouder van Agroloon heeft in de brief van 31 augustus 2010 namens haar uitdrukkelijk toegezegd dat de tekortkomingen in het werk zo spoedig mogelijk gerepareerd zouden worden. Hetverweer van Agroloon dat zij de pleinbestrating niet heeft kunnen opleveren stuit af op deze uitdrukkelijke toezegging. Agroloon is dan ook in verzuim komen te verkeren.
8.De slotsom
12 november 2014 zullen worden bekrachtigd.
(1 pt, tarief € 759,-). Tarief I is van toepassing omdat het in hoger beroep alleen nog gaat om de kosten van de opritten en de expertise; tegen de afwijzing van het hogere bedrag aan herstelkosten en het bedrag aan huurderving is immers niet gegriefd. Tevens zal [appellant] worden veroordeeld in de door Agroloon gevorderde wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten.
9.De beslissing
12 november 2014;