Voldoende staat vast dàt [appellant] buiten dienstverband werkzaamheden ten behoeve van [B] heeft verricht. Zo heeft [D] , een ‘oomzegger’ van [B] , gehoord als getuige door de rechter-commissaris (zie productie 5, door [appellant] overgelegd voorafgaand aan de comparitie in hoger beroep) verklaard [appellant] de verkoop van het vee en de boerderij regelde. [appellant] deed dit alleen, want het lag niet voor de hand dat haar andere oom dat zou doen, want deze [E] had ruzie met [B] , zijn broer, gehad.
De door [appellant] in rekening gebrachte werkzaamheden zijn echter naar omvang niet steeds aannemelijk. Op de eerste factuur (productie 52 bij repliek) staat de post: uitzoeken en boeken gehele kasadministratie 2006/2007. Op de vijf volgende facturen (productie 5 bij antwoord) komt de post voor ‘sorteren en inboeken van de administratie van het boekjaar 2006/2007’. In totaal is voor deze werkzaamheden € 8.315,34 exclusief btw in rekening gebracht, ofwel ruim 87,5 uur werk. De stelling van [appellant] dat de stukken vanaf
1 mei 2006 (tot welke datum Accon de aangiftes voor [B] had verzorgd) een rommeltje waren en hem daarom heel veel uitzoekwerk hebben gekost, is niet onderbouwd. Het hof acht deze stelling ook onaannemelijk. [B] was immers tot maart 2007 goed gezond en volgens [appellant] zelf wilde [B] tot in januari 2007 nog lang niet stoppen met zijn bedrijf. Uit niets is gebleken dat [B] in de periode tussen 1 mei 2006 en zijn besluit om de boerderij te verkopen in januari 2007 ernstige steken heeft laten vallen in zijn (administratieve) bedrijfsvoering. [appellant] heeft ook geen urenspecificatie verstrekt. Het hof schat dat voor het sorteren en inboeken van de administratie 2006/2007, rekening houdend met een verlengd boekjaar, een totaal aantal uren van 40 kon volstaan. Dat betekent dat van de facturen € 3.800,- exclusief btw voor deze post is verantwoord. Het verschil bedraagt (8.315,34 - 3.800 =) € 4.515,34 exclusief btw.
Voor het sorteren en inboeken van de administratie over 2008 is op de laatste drie facturen (waarvan de laatste dateert van 26 november 2008) in totaal € 2.428,89 exclusief btw gerekend, ofwel 25 uur. Dit betreft een niet volledig boekjaar, waarin - naar mag worden aangenomen - [appellant] als gevolmachtigde van de inmiddels opgenomen [B] de administratie zelf verzorgde. Het hof schat dat met deze werkzaamheden hooguit 16,5 uur (anderhalf uur per maand, november voor een volle maand meegerekend) is gemoeid. Daarmee is € 1.567,50 exclusief btw voor deze post verantwoord. Het verschil bedraagt (2.428,89 - 1.567,50 =) € 861,39 exclusief btw.
Op 3 maart 2008 heeft [appellant] voor het ‘sorteren en uitzoeken 4 dozen met oude administratieve stukken’ € 1.919,87 in rekening gebracht. De factuur van 12 april 2008 vermeldt € 1.512,80 voor het ‘sorteren en uitzoeken van 3 dozen met oude administratieve stukken’ en de factuur van 8 juni 2008 € 625,- voor ‘sorteren en uitzoeken doos met akten, jaarrapporten etc.’. In totaal gaat het om € 4.067,67 exclusief btw ofwel bijna 43 uur werk. [appellant] heeft deze omvang niet aannemelijk gemaakt. Het hof schat dat een ervaren administrateur als [appellant] is, met maximaal 20 uur kon volstaan. Daarmee is € 1.900,- exclusief btw verantwoord. Het verschil bedraagt (4.067,67 - 1.900,- =) € 2.167,67 exclusief btw.
De overige posten op de facturen hebben niet tot vraagtekens geleid. Per saldo is daarmee, deels schattenderwijs, van de zes facturen niet verantwoord geacht:
4.515,34 + 861,39 + 2167,67 = € 7.544,40 exclusief btw. Aan [appellant] kwam toe
€ 27.068,77 minus € 7.544,40 is € 19.524,37, vermeerderd met 6% btw is € 20.695,83.
Grief VIIIslaagt voor zover de rechtbank [appellant] heeft veroordeeld tot betaling van dit bedrag als onderdeel van de toegewezen € 122.543,06. Daarmee is in plaats van laatstgenoemd bedrag toewijsbaar € 101.847,23.