ECLI:NL:GHARL:2019:4919
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Wijma
- J. De Jong
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van administratieve sanctie voor parkeren in strijd met parkeerverbod
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant, die op 11 juli 2017 een administratieve sanctie van € 90,- had opgelegd aan de betrokkene, een B.V., wegens parkeren in strijd met een parkeerverbod. De gedraging vond plaats op 26 januari 2016 op de Vanderlandelaan te Veghel. De gemachtigde van de betrokkene, die tevens de feitelijk bestuurder van het voertuig was, voerde aan dat hij zich aanmeldde bij de receptie van DHL voor een laaddock, maar dat alle laaddocks bezet waren. Hij stelde dat hij niet anders kon dan zijn voertuig tijdelijk te parkeren om zich aan te melden, en dat de tijd die hij hiervoor nodig had niet als parkeren moest worden aangemerkt.
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft de zaak behandeld op 28 mei 2019. De gemachtigde van de betrokkene was niet verschenen, maar de advocaat-generaal was vertegenwoordigd. Het hof overwoog dat de tijd die de gemachtigde gebruikte om zich aan te melden bij de receptie niet kan worden gerekend tot de tijd voor het laden of lossen van goederen. Het hof concludeerde dat er sprake was van parkeren in de zin van de verkeersregels en niet van laden of lossen. Desondanks, gezien de omstandigheden waaronder de gedraging heeft plaatsgevonden, besloot het hof de sanctie te matigen tot nihil.
Het hof vernietigde de beslissing van de kantonrechter, verklaarde het beroep gedeeltelijk gegrond en wijzigde de beslissing van de officier van justitie, waardoor de sanctie werd vastgesteld op nihil. Tevens werd bepaald dat het bedrag dat door de betrokkene was gestort als zekerheid, aan haar zou worden gerestitueerd.