In deze zaak verzoekt een onder curatele gestelde persoon toestemming voor een in Marokko gesloten huwelijk. De verzoeker, die zowel de Marokkaanse als de Nederlandse nationaliteit heeft, is geboren in Marokko en is onder curatele gesteld wegens een geestelijke stoornis. Het huwelijk met zijn echtgenote, die de Marokkaanse nationaliteit heeft, vond plaats in Marokko in 2016. De gemeente weigerde het huwelijk in te schrijven in de basisregistratie personen, omdat verzoeker onder curatele staat en niet bekwaam is om rechtshandelingen te verrichten. De curator heeft geadviseerd om geen toestemming te verlenen voor het huwelijk, omdat hij van mening is dat verzoeker niet in staat is om een huwelijkse relatie te onderhouden. De kantonrechter heeft het verzoek om toestemming voor het huwelijk afgewezen, waarna verzoeker in hoger beroep is gegaan. Het hof oordeelt dat het verzoek buiten het bereik van artikel 1:38 van het Burgerlijk Wetboek valt, omdat dit artikel betrekking heeft op huwelijken naar Nederlands recht. Aangezien het huwelijk in Marokko is voltrokken, is het Marokkaanse recht van toepassing. Het hof vernietigt de beschikking van de kantonrechter en wijst het verzoek van verzoeker af.