Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[Appellant 1] ,
[Appellant 2],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellanten, [Appellant 1] en [Appellant 2], tegen Stichting De Alliantie. De appellanten hebben een huurovereenkomst gesloten voor een woning, maar hebben in 2015 klachten geuit over gebreken in de woning, waaronder vochtproblemen en schimmelvorming. De Alliantie heeft de klachten betwist en vorderde in eerste aanleg ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning wegens huurachterstand. De kantonrechter heeft de vorderingen van De Alliantie toegewezen en de vorderingen van de appellanten in reconventie afgewezen. In hoger beroep hebben de appellanten negen grieven aangevoerd en vorderen zij vernietiging van het vonnis van de kantonrechter. Het hof heeft vastgesteld dat de appellanten de huur vanaf mei 2015 niet hebben voldaan en dat er geen rechtsgeldige opzegging van de huurovereenkomst heeft plaatsgevonden. De appellanten hebben onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd die de gebreken in de woning onderbouwen. Het hof concludeert dat de huurovereenkomst is blijven doorlopen en dat de appellanten de huurachterstand verschuldigd zijn. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt de appellanten in de kosten van het hoger beroep.