[tandarts 3] heeft (naar aanleiding van het door hem uitgevoerde onderzoek aan het gebit van [appellante] in verband met de klacht bij de CKC) onder meer het volgende geconstateerd (zie productie 8 inleidende dagvaarding en productie 9 punt 6.8. in de beslissing van de CKC):
“De kroon op de 14 is weg, het geprepareerde element is nog wel aanwezig.
De facings 13 en 23 vertonen palatinaal een matige aansluiting.
Kroon 24 is palatinaal tekort, een deel van de preparatie is onbedekt, buccaal is er vulmateriaal o.i.d. bij de kroonrand.
De kroonranden van de 11 en 21 lijken op een paar plaatsen binnen de preparatie te staan.
Buccale kroonrand 12 goed sondeerbaar
Brug 36-38, de dummy is fors uitgevoerd, geen adequate interdentale reiniging mogelijk, de
kroonranden van de pijlers zijn dik uitgevoerd, gingiva-irritatie rondom de pijlers.
Bij de 38 is mesiolinguaal het element gevoelig voor lucht, deel element is daar onbedekt.
Het kroon- en brugwerk is uniform van kleur en vlak van kleurstelling.
De mondhygiëne is voldoende.”
Bij beslissing van 14 november 2014 (die meervoudig onder meer door twee tandartsen is genomen) heeft de CKC de klacht van [appellante] , dat [geïntimeerde 2] bij het vervaardigen en plaatsen van acht kronen, een driedelige brug en twee facings kwalitatief slecht werk heeft afgeleverd en onzorgvuldig heeft gehandeld, gegrond bevonden. [geïntimeerde 2] is door de CKC aanbevolen om betere diagnostiek toe te passen voorafgaande aan het indiceren van kronen en zijn dossiervorming en behandelplanning te verbeteren. In het bijzonder is geadviseerd om voor over te gaan tot plaatsing van kronen solo röntgenfoto’s te maken teneinde het bestaan van ontstekingen uit te sluiten dan wel tot behandeling daarvan over te gaan. De CKC heeft onder meer overwogen:
“Ten aanzien van de kwalitatief slecht uitgevoerde kronen, driedelige brug en facings;