Uitspraak
Van der Kaap,
KnP,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.De beoordeling van de grieven en de vordering
eerste griefin het principaal hoger beroep komt Van der Kaap op tegen dat oordeel. In de
grieven 2 tot en met 7richt van der Kaap zich tegen de beoordeling door de rechtbank van de in die grieven genoemde verschilposten. In de
grieven 8 en 9komt hij op tegen het eindoordeel van de rechtbank over de toewijsbaarheid van de vorderingen van KnP, de proceskosten daaronder begrepen.
één griefopgeworpen. Daarin komt zij op tegen het oordeel van de rechtbank over de verschilpost inzake de BMW 335D.
op de vraag of partijen over en weer nog iets van elkaar te vorderen hebben uit hoofde van de handelsrelatie die tussen hen heeft bestaan en zo ja, welk bedrag". Bij vonnis van
12 augustus 2015 is deskundigenbericht gelast. De daarbij aan de deskundige gestelde vragen strekten ertoe de rechtbank in staat te stellen het antwoord te vinden op de gestelde vraag.
8 juni 2016 deze vaststelling overgenomen als uitgangspunt voor verdere beoordeling. Geen van de grieven richt zich tegen dat uitgangspunt. Ter comparitie in hoger beroep is het bovendien nog eens uitdrukkelijk aan de orde gesteld. Partijen hebben toen te kennen gegeven dat uitgangspunt te aanvaarden. Ook het hof neemt genoemde bedragen daarom als vertrekpunt voor verdere beoordeling en spreekt in dit verband verder over "het beginsaldo" of, gezamenlijk, "de beginsaldi".
7 november 2011. Doorverkoop door KnP heeft derhalve binnen een tijdsbestek van ongeveer één maand plaats gevonden. Dat past meer in het scenario van een verkoopprijs tussen partijen van € 100.000,- dan € 140.000,- omdat KnP anders een verlies van maar liefst € 40.000 zou hebben geleden terwijl de Audi 8 maximaal ongeveer één maand ouder was geworden. Van der Kaap heeft nog aangevoerd dat de verkoop misschien wel heeft plaats gevonden
"omdat KnP geld nodig had", maar die stelling is zo algemeen dat daaraan geen betekenis voor deze zaak kan worden toegekend.
dezeBMW 335D opdracht tot bpm-aangifte heeft gegeven. Het oordeel van de rechtbank op dit onderdeel – dat het beginsaldo van KnP met € 5.500,- moet worden verminderd – is dan ook juist.
De facturen van de inruilauto's tellen op tot € 102.500". Van der Kaap heeft hier slechts tegenover gesteld een overzicht van inruilauto's zonder vermelding van de inruilwaarde (productie 49 bij het deskundigenbericht). De nu bekende feiten en omstandigheden ondersteunen het beroep op verrekening van Van der Kaap dan ook onvoldoende. Bewijslevering zou, gesteld al dat aan de vereisten daarvoor is voldaan, nodig zou zijn om het verweer op juistheid te onderzoeken. Daarmee is gegeven dat het verweer van Van der Kaap niet "op eenvoudige wijze" is vast te stellen en dus niet gehonoreerd wordt.