Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 22 oktober 2014 te [plaats] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde] opzettelijk van het leven te beroven, met een vuurwapen (van dichtbij) in/tegen het hoofd van die [benadeelde] heeft geschoten, in elk geval meermalen, althans eenmaal met een vuurwapen in de richting (van het hoofd) van die [benadeelde] heeft geschoten, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 22 oktober 2014 te [plaats] aan [benadeelde] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten voortdurende pijn en/of voortdurend ongemak als gevolg van niet (zonder aanzienlijke risico's) operatief te verwijderen kogeldelen in zijn hoofd (schedel) en/of nek en/of hals, heeft toegebracht door deze [benadeelde] met een vuurwapen (van dichtbij) in/tegen het hoofd van die [benadeelde] te schieten, in elk geval meermalen, althans eenmaal met een vuurwapen in de richting (van het hoofd) van die [benadeelde] te schieten;
hij op of omstreeks 22 oktober 2014 te [plaats] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [benadeelde] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen met een vuurwapen (van dichtbij) in/tegen het hoofd van die [benadeelde] heeft geschoten, in elk geval meermalen, althans eenmaal met een vuurwapen in de richting (van het hoofd) van die [benadeelde] heeft geschoten, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Op 22 oktober 2014 omstreeks 20.50 uur kregen surveillerende eenheden opdracht om te gaan naar de [straat] te [plaats] , waar een persoon uit een flatgebouw (de zogeheten [naam 1] ) zou zijn gevallen of gesprongen. Op de eerste verdieping van het flatgebouw troffen verbalisanten de zwaar gewonde [benadeelde] aan. Op het afdak van de centrale ingang van het flatgebouw, op meerdere galerijen en op de galerij van de achtste verdieping tot aan de woning op nummer [nr] werden bloedsporen aangetroffen.Uit onderzoek is gebleken dat [benadeelde] in de woning aan de [straat] [nr] , op de achtste verdieping, in het hoofd is geschoten, waarna hij via het trappenhuis naar de zevende verdieping is gelopen. Vervolgens is hij vanaf de galerij van de zevende verdieping naar de galerij van de zesde geklommen. Bij het klimmen van de zesde verdieping naar de vijfde is [benadeelde] naar beneden gevallen en terecht gekomen op het afdak van de centrale hal.Ten tijde van het schieten waren verdachte (bijnaam [alias verdachte] ), zijn broer [naam 2] (bijnaam [alias 2] ), [naam 3] ( [voornaam 1] ), aangever/slachtoffer [benadeelde] (bijnaam [alias 3] ), [getuige] (bijnaam [alias 5] ) en [naam 5] ( [voornaam 2] ) in de woning aan de [straat] [nr] aanwezig."
je hebt hem geschoten). Ze draaide zich om naar [alias verdachte] en zag dat [benadeelde] halverwege de gang in de deuropening op de grond lag. Zij zag dat [benadeelde] met zijn rechterhand zijn rechterzijde van het hoofd vasthield en dat er bloed tussen zijn vingers door liep. Zij zag dat [alias verdachte] een revolver in zijn hand had. Het was een klein model, kleur zwart. Ze weet dat het een revolver was omdat hij een cilinder had. Vervolgens hoorde zij dat [benadeelde] tegen [alias verdachte] zei: "Ba tira mi swa" (
je hebt mij geschoten vriend). Zij zag dat [alias verdachte] het wapen op [benadeelde] richtte alsof hij weer wilde schieten. Zij pakte zijn hand en duwde deze omhoog. Ondertussen stond [benadeelde] op en liep de voordeur uit.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
- de omstandigheid dat de verdachte met het begaan van het bewezen verklaarde delict een ernstig verwijt wordt gemaakt, er is door verdachte opzettelijk, van dichtbij, in het achterhoofd van de benadeelde geschoten;
- dat moet worden vastgesteld dat dit handelen van de verdachte gezien de omstandigheden waaronder het feit werd gepleegd, voor de benadeelde partij (het delict werd gepleegd door een kennis van de benadeelde partij) zeer onverwacht was en zeer ingrijpende gevolgen heeft gehad;
- de omstandigheid dat de benadeelde partij (destijds vierenveertig jaren oud), in verband met het gewelddadige incident geraakt is door een kogel in zijn achterhoofd die tot heden in verband met fysieke risico’s niet operatief kan worden verwijderd;
- dat door de val vanaf de vijfde etage tijdens zijn vlucht voor verdachte de benadeelde partij vele fracturen heeft bekomen waarvan de polsfracturen als zeer complex moeten worden beschouwd en welke fracturen tot heden niet goed zijn hersteld;
- dat een van de polsen inmiddels is gefixeerd terwijl de verwachting is dat dat ook het geval zal zijn ten aanzien van de andere pols;
- dat dientengevolge sprake is van functieverlies en dat inmiddels als gevolg van de fracturen artrose in de gewrichten optreedt;
- dat de benadeelde partij meerdere operaties heeft moeten ondergaan en meermalen in het ziekenhuis is verbleven;
- de omstandigheid dat de benadeelde partij ter zitting heeft meegedeeld binnenkort opnieuw zich dient te laten onderzoeken vanwege voortdurende gewrichtsklachten en dat een eindsituatie nog niet is bereikt;
- de omstandigheid dat de benadeelde partij ook nadien nog maandenlang met lichamelijke klachten te kampen heeft gehad ten gevolge van dat schietincident;
- de omstandigheid dat de benadeelde partij volgens de rapportage van de psycholoog vanaf het schietincident klachten heeft ontwikkeld, bestaande in herbelevingen, boosheid, verdriet en somberheid en dat EMDR therapie geïndiceerd lijkt.
Vordering tenuitvoerlegging
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
7 (zeven) jaren.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 48.434,19 (achtenveertigduizend vierhonderdvierendertig euro en negentien cent) bestaande uit € 3.434,19 (drieduizend vierhonderdvierendertig euro en negentien cent) materiële schade en € 45.000,00 (vijfenveertigduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 48.434,19 (achtenveertigduizend vierhonderdvierendertig euro en negentien cent) bestaande uit € 3.434,19 (drieduizend vierhonderdvierendertig euro en negentien cent) materiële schade en € 45.000,00 (vijfenveertigduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
277 (tweehonderdzevenenzeventig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
8 (acht) maanden.