ECLI:NL:GHARL:2018:9367
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Schorsing van de uitvoerbaarheid van vervangende toestemming tot erkenning van een kind
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 23 oktober 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot schorsing van de uitvoerbaarheid van een beschikking van de rechtbank Noord-Nederland. De rechtbank had op 8 augustus 2018 vervangende toestemming verleend aan de man tot erkenning van hun minderjarige kind, geboren in 2016, en deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De vrouw, de verzoekster, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld en verzocht om schorsing van de beschikking, omdat zij vreest dat de erkenning door de man negatieve gevolgen zal hebben voor het kind, waaronder het verkrijgen van de Guineese nationaliteit en mogelijke militaire dienstplicht in Guinee.
Het hof heeft de procedure in eerste aanleg en het verloop van het hoger beroep in detail besproken. De mondelinge behandeling vond plaats op 8 oktober 2018, waarbij beide partijen en de bijzondere curator aanwezig waren. Het hof heeft de belangen van de vrouw en de man afgewogen. De vrouw heeft aangegeven dat de kwestie rondom de erkenning haar veel stress bezorgt en dat zij vreest voor de gevolgen van de erkenning. Het hof heeft vastgesteld dat het belang van de vrouw bij het behoud van de bestaande situatie zwaarder weegt dan het belang van de man bij de tenuitvoerlegging van de beschikking. Het hof heeft daarom besloten om het verzoek van de vrouw toe te wijzen en de werking van de beschikking van de rechtbank te schorsen totdat in de hoofdzaak is beslist.