Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[appellant] ,
[appellanten]
1.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Stedin Netbeheer B.V.
Stedin Netten B.V.
N.V. Stedin Netten Utrecht),
1.Het verloop van het geding in hoger beroep
2.De verdere motivering van de beslissing in hoger beroep
Het betoog van Stedin is ongegrond. Wat er tussen [appellanten] (en/of vorige eigenaren van [appellanten] ’s perceel) en [naam buurvrouw] is vastgesteld, heeft betrekking op het deel van de steeg dat op andere percelen ligt dan het perceel van Stedin. Indien de gebruikers van [appellanten] ’s perceel anders dan uit hoofde van een buurweg-bestemming gebruik konden maken van dat andere deel van de steeg, sluit dit niet uit dat het deel van de steeg dat op Stedins perceel ligt door de toenmalige eigenaar daarvan tot buurweg is bestemd. Dit kan zijn gebeurd door gedragingen, waaruit van die bestemming bleek, en daaraan kan zelfs hebben bijgedragen dat Van Dam bestrating op de grond van PUEM aanbracht (doordat PUEM niet protesteerde). Het deel van Stedins perceel waarop de overeenkomst uit 1975 betrekking had, behoort niet of slechts ten dele tot het tracé van de vermoedelijke buurweg, zodat de buurweg-bestemming niet ongedaan is gemaakt enkel door het aangaan van die overeenkomst.
3.De slotsom
4.De beslissing
- in eerste aanleg in conventie: € 613 aan verschotten en € 904 aan advocatensalaris,
- in eerste aanleg in reconventie: € 226 aan advocatensalaris, en
- in hoger beroep: € 812,08 aan verschotten en € 3.222 aan advocatensalaris;