Uitspraak
Overwegingen:
Beslissing
[naam terbeschikkingestelde].
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 23 augustus 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende de hervatting van de verpleging van overheidswege van een terbeschikkinggestelde. De terbeschikkinggestelde, geboren in 1967, had eerder een maatregel van terbeschikkingstelling opgelegd gekregen, maar was opnieuw veroordeeld voor strafbare feiten, waaronder geweldsdelicten. De rechtbank Overijssel had op 29 maart 2018 de vordering tot hervatting van de verpleging toegewezen, waarop de terbeschikkinggestelde in beroep ging. Het hof heeft de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman gehoord, evenals de advocaat-generaal. De vierjaarsrapporteurs adviseerden om de terbeschikkingstelling te beëindigen, maar zowel de rechtbank als het hof volgden dit advies niet. Het hof oordeelde dat de terbeschikkinggestelde met zijn recente recidive aantoont dat de beveiliging van de maatschappij nog steeds noodzakelijk is. De maatregel van terbeschikkingstelling heeft als doel de maatschappij te beveiligen en de terbeschikkinggestelde te behandelen en te resocialiseren. Het hof concludeerde dat de verpleging van overheidswege hervat dient te worden, gezien het gevaar voor herhaling van geweldsdelicten. Het verzoek van de terbeschikkinggestelde om te onderzoeken of hij in een Forensische Psychiatrische Kliniek (FPK) kan worden opgenomen, werd afgewezen. Het hof bevestigde de beslissing van de rechtbank Overijssel, met aanvulling van gronden.