Uitspraak
[appellant],
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De feiten
3.De vordering en de beslissing in eerste aanleg
4.De beoordeling van de grieven en de vordering in hoger beroep
grieven I tot en met IIIkeren zich tegen het oordeel van de kantonrechter dat de auto niet zodanige gebreken vertoonde dat er sprake was van non-conformiteit in die zin dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoordde als bedoeld in artikel 7:17 lid 2 BW, waardoor er geen grond was voor ontbinding van de huurkoopovereenkomst van 13 december 2013. [appellant] heeft aangevoerd dat uit het rapport van Auto Brockhoff blijkt dat er met name sprake is van gebreken aan de wielophanging (de assen) en de koppakking, die ernstige problemen voor de verkeersveiligheid opleveren. Ook anderszins bezat de auto volgens hem niet de eigenschappen die voor een normaal gebruik nodig zijn gezien de overige door Auto Brockhoff genoemde gebreken.
Indien een (tweedehands) auto wordt gekocht om daarmee, naar de verkoper bekend is, aan het verkeer deel te nemen, moet als regel worden aangenomen dat de auto niet beantwoordt aan de overeenkomst indien als gevolg van een daaraan klevend gebrek dat niet op eenvoudige wijze kan worden hersteld, zodanig gebruik van de auto gevaar voor de verkeersveiligheid zou opleveren (HR 15 april 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1338). Deze regel mag niet worden omgekeerd, in die zin dat andere gebreken geen non-conformiteit als bedoeld in artikel 7:17 BW zouden kunnen opleveren (HR 8 juli 2005, ECLI:NL:HR:2005:AT3097).
grieven IV en Vkomt [appellant] op tegen het oordeel van de kantonrechter dat het beroep van [appellant] op dwaling moet worden afgewezen.
grieven VI en VIIdie betrekking hebben op de veroordeling van [appellant] in de buitengerechtelijke kosten, respectievelijk de kosten van de procedure, hebben geen zelfstandige betekenis en behoeven om die reden verder geen bespreking.