Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker, verder te noemen: de man,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 18 januari 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de vaststelling van kinderalimentatie. De man en de vrouw, die op 7 juli 2014 met elkaar zijn gehuwd, zijn ouders van twee kinderen. De rechtbank Gelderland had eerder op 2 mei 2017 bepaald dat de man € 156,- per kind per maand aan de vrouw moest betalen. De man ging in hoger beroep en verzocht om deze beslissing te vernietigen en een lagere bijdrage vast te stellen. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de draagkracht van de man en de behoefte van de kinderen. Het hof heeft vastgesteld dat de man een netto besteedbaar inkomen heeft en dat zijn draagkracht op € 362,- per maand is vastgesteld. De vrouw heeft een inkomen onder bijstandsniveau en kan geen bijdrage leveren. Het hof heeft geoordeeld dat de draagkracht van de man gelijkelijk over zijn drie kinderen moet worden verdeeld, inclusief een kind uit een eerdere relatie. Uiteindelijk heeft het hof de bijdrage vastgesteld op € 121,- per kind per maand, met ingang van 2 mei 2017. De vrouw hoeft het teveel ontvangen bedrag aan kinderalimentatie niet terug te betalen, omdat zij dit aan de kinderen heeft besteed. De proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt.