Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verder te noemen: de vader,
Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering,
[de moeder] ,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift met productie(s), ingekomen op 29 augustus 2017;
- het brief van de GI, ingekomen op 27 september 2017;
- een journaalbericht namens mr. Schütz van 10 oktober 2017 met productie(s);
- een journaalbericht namens mr. Schütz van 17 november 2017 met productie(s).
3.De vaststaande feiten
- [de minderjarige1] , geboren [in] 2004 (hierna: [de minderjarige1] );
- [de minderjarige2] , geboren [in] 2011 (hierna: [de minderjarige2] ) en
- [de minderjarige3] , geboren [in] 2015 (hierna: [de minderjarige3] ).
- [de minderjarige5] , geboren [in] 2004 (hierna: [de minderjarige5] );
[de minderjarige5] , [de minderjarige6] en [de minderjarige7] zijn eind maart 2016 in verband met zorgen over onder meer hun fysieke- en emotionele veiligheid uit huis geplaatst. Eind november 2016 is ingevolge de opdracht daartoe van de rechtbank NIFP rapportage tot stand gekomen waarin geadviseerd is tot terugplaatsing van [de minderjarige5] , [de minderjarige6] en [de minderjarige7] in het gezin van de vader met adviezen omtrent hulp, begeleiding en toezicht. Op 23 december 2016 zijn [de minderjarige5] , [de minderjarige6] en [de minderjarige7] weer terug geplaatst.