Uitspraak
1.Viro Noord Beheer B.V.,
Viro Beheer,
Rovis,
Viro c.s.,
Advies- en Ingenieursbureau Viro Food B.V.,
de curator,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.De beoordeling van de grieven en de vordering
Grief 11richt zich tegen de verwerping van het door Viro c.s. gedane beroep op verrekening in het kader van de verplichting tot terugbetaling van de uitkering van € 200.000,-.
Grief 12richt zich tegen het oordeel van de rechtbank dat Rovis onrechtmatig heeft gehandeld tegenover de crediteuren van Viro Food door de interim-dividenduitkering van Viro Beheer aan Rovis omdat zij daarmee zichzelf zou hebben bevoordeeld ten opzichte van de crediteuren van Viro Food.
De dertiende griefricht zich tegen de overweging van de rechtbank dat zelfs indien van de geldigheid van de uitkering van € 500.000,- uitgegaan dient te worden, Viro Beheer en Rovis onrechtmatig jegens de crediteuren van Viro Food hebben gehandeld door hun medewerking te verlening aan de uitkering en de doorstorting van € 250.000,- aan Rovis. De grieven leggen het geschil in volle omvang aan het hof voor en lenen zich voor gezamenlijke behandeling.
“het enkele feit dat het[voor Viro Noord, toevoeging hof]
binnen de overeenkomst met de bank mogelijk was geweest om de vordering te voldoen is evenwel niet voldoende om te concluderen dat de vordering niet afgewaardeerd hoefde te worden”. Ter verklaring hiervan voert [C] aan dat indien Viro Noord daadwerkelijk tot betaling zou overgaan, dit in geval van een deconfiture van Viro Noord tot een andere positie van de vennootschappen binnen de groep ten opzichte van de bank zou hebben geleid. De reden hiervan is gelegen in het feit dat de groepsvennootschappen uit hoofde van de toen bestaande kredietfaciliteit hoofdelijk aansprakelijk waren voor eventuele overstanden. Betaling door Viro Noord uit de faciliteit gevolgd door een faillissement van Viro Noord zou er dan ook toe leiden dat de bank op basis van de hoofdelijkheid de andere groepsvennootschappen, waaronder Viro Food, voor het negatieve saldo zou kunnen aanspreken. Gelet hierop is naar het oordeel van [C] het bestaan van een kredietfaciliteit voor Viro Noord onvoldoende grond om niet tot afboeking over te gaan.
“in de praktijk niet ongebruikelijk om bij de beoordeling van de volwaardigheid van een vordering op de aandeelhouder de mogelijkheid tot het doen van dividenduitkeringen mee te wegen”, aldus [C] . Allereerst constateert het hof dat [C] spreekt van een vordering op de aandeelhouder. Daarvan is hier geen sprake. Het gaat om een vordering op een zustervennootschap. Het gaat er om of Viro Beheer haar ene dochter in staat kan stellen haar andere dochter te voldoen. Mogelijk bedoelt [C] dat Viro Beheer het geld van Viro Food kan lenen, maar dit volgt niet duidelijk uit zijn rapport. Het rapport is op dit punt dan ook onvoldoende gemotiveerd. Het argument van [C] dat de cirkelredenering deels is doorbroken door de mogelijkheid van het bankkrediet, gaat voorts niet op. Het hof heeft hiervoor geoordeeld dat de mogelijkheid gebruik te maken van een bankkrediet niet kan leiden tot het oordeel dat de vordering volwaardig is. De toelichting van [C] is naar het oordeel van het hof dan ook niet overtuigend en ook naar het oordeel van het hof is sprake van een cirkelredenering, ook wanneer beide argumenten in onderlinge samenhang worden beoordeeld. Immers, Viro Beheer kan pas instaan voor de betaling door Viro Noord als er een dividenduitkering vanuit Viro Food plaatsvindt, en Viro Food zou pas tot een dividenduitkering kunnen overgaan als er sprake is van een volwaardige vordering. Onveranderd blijft dat Viro Food pas betaling van haar vordering op Viro Noord tegemoet kan zien als zij eerst zelf de daarvoor benodigde liquide middelen heeft gefourneerd.
8.200,-
“Begrijp ik u mededelingen goed, dan is deze betaling later aangewend als vergoeding voor de door de moedermaatschappij (deel uitmakend van de fiscale eenheid met de dochtermaatschappijen) voor Viro Food BV betaalde vennootschapsbelasting”. Door Viro Beheer is voorts verwezen naar de grootboekkaart 11013 waarop een boeking staat gedateerd 30 september 2005 van € 38.550,- met omschrijving
“VPB-Food 2003 aanv”. Ook [B] gaat er van uit dat die betaling alsnog heeft plaatsgevonden (pag. 6 van zijn rapport).
“door het verlenen van medewerking aan de totstandkoming en uitvoering van dat besluit en aan het doorstorten van een bedrag van
5.De slotsom
€ 15.480,-(6 punten x tarief € 2.580,-)
€ 9.737,50(2,5 punten x tarief € 3.895,-)