Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker,
[verweerster],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- een journaalbericht van mr. Postma van 29 juni 2018 met productie(s);
- een journaalbericht namensmr. Postma van 3 juli 2018 met productie(s);
- een journaalbericht van mr. Zwaan van 4 september 2018 met productie(s).
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
4 punten). Uit de stellingen van partijen en de tot de stukken behorende definitieve berekeningen blijkt in dit verband dat zij in 2016 een bedrag van € 4.104,- heeft ontvangen aan kindgebonden budget (inclusief alleenstaande ouderkop) naast haar uitkering op grond van de Participatiewetvan € 14.896,- per jaar. Het hof zal aan de zijde van de vrouw daarom uitgaan van een netto besteedbaar inkomen in 2016 van € 1.583,- per maand inclusief dat kindgebonden budget.
€ 36,- per maand (15% x van de behoefte van € 237,- per maand).
6.De slotsom
7.De beslissing
11 oktober 2017 voor zover aan dit hoger beroep onderworpen;
C. Koopman, bijgestaan door mr. A.J.Th. Harkema als griffier en is op 6 december 2018 in het openbaar uitgesproken.