Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
- het vervangen van bougies ad € 101.30
- de aanschaf van een bijzondere bougiesleutel ad € 25,75;
- het vervangen van bobines ad € 215,82;
- wegenbelasting ad € 134 per maand, pro memorie;
- verzekering ad € 113 per maand, pro memorie;
- onderzoekskosten ad € 1.548,58,
5.De beoordeling in hoger beroep
nimmer aanspraak[kan]
maken op garantie, herstel of claims van welke aard dan ook”. Dat is onmiskenbaar een uitsluiting van alle rechten en vorderingen die [appellant] als koper heeft: hij kan aldus immers geen enkel recht dat hij als consument zou hebben tegenover Boonstra geldend maken. De afstandsverklaring is in strijd met het dwingend recht en daarom (omdat het hier gaat om een bepaling die uitsluitend strekt ter bescherming van één der partijen: [appellant] als consument) zonder meer vernietigbaar (artikel 3:40 lid 2 BW). In de dagvaarding heeft [appellant] zich op het standpunt gesteld dat de afstandsverklaring hem niet kan worden tegengeworpen, omdat de regels van consumentenkoop van dwingend recht zijn. Dat standpunt van [appellant] moet naar het oordeel van het hof begrepen worden als een beroep op de vernietigbaarheid van de afstandsverklaring. Boonstra heeft dat kennelijk ook zo begrepen, want zij voert aan dat [appellant] om inhoudelijke redenen aan de afstandsverklaring gehouden kan worden, zonder zich erop te beroepen dat de afstandsverklaring nooit vernietigd zou zijn.
misfire cil[ilinder]
8/6/3 bougie’s + bobines beurt”. De auto was op het moment van verkoop APK-gekeurd en bedoeld om deel te nemen aan het verkeer. In zo’n geval geldt als uitgangspunt dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoordt, als er een gebrek is dat niet eenvoudig ontdekt en hersteld kan worden, en de auto daardoor niet (veilig) gebruikt kan worden. Dat is alleen anders als de gebruiker het risico op zo’n gebrek heeft aanvaard. [appellant] mocht op grond van de overeenkomst verwachten dat hij een auto kocht, die de mankementen had die hij kende en die meer dan gebruikelijke slijtage vertoonde, maar toch enige tijd min of meer deugdelijk zou functioneren. Daarvoor weegt voor het hof met name de betaalde prijs zwaar. Daargelaten wat de werkelijke inruilwaarde van de vorige BMW van [appellant] is geweest, is een koopprijs van ruim € 38.000,00 overeengekomen. Het gaat hier om een tweedehands BMW X6 en het hof zal – als onvoldoende weersproken – aannemen dat dat bedrag lager was dan de marktwaarde destijds van een goed onderhouden BMW X6 van vergelijkbare ouderdom, maar dat bedrag wijst toch op een auto die, behoudens andersluidende informatie van de verkoper, geschikt mag worden geacht voor normaal gebruik in het verkeer.
Motor mechanisch defect op cil[ilinder]
7+8. Olie afgetapt en deze zit vol benzine. Ook katalysator vol brandstof. Drijfstanglagers en/of zuiger kapot.” De reparatiekosten zijn begroot op € 34.200,84, waaronder € 16.611,57 aan kosten voor een ruilmotor.
alssprake is van een gebrek, dan verzet, ingeval van een consumentenkoop, niets in de aard van een tweedehands auto zich tegen toepassing van het wettelijke vermoeden dat het gebrek al bestond bij aflevering. Dat betekent dat het incidenteel hoger beroep van Boonstra faalt en dat de vorderingen van [appellant] – in beginsel – toewijsbaar zijn.
670,87
815,31