Op 13 december 2016 heeft de bedrijfsarts een advies opgesteld. Dit advies luidt, voor zover relevant, als volgt:
“Uw medewerkster is, ondersteund door haar behandelaars, van mening niet in staat te zijn tot enige hervatting in het kader van de re-integratie, er zouden geen benutbare mogelijkheden zijn. Ik ben echter, op grond van mijn contacten (spreekuur, telefonisch contact) met uw medewerkster van mening dat er wel benutbare mogelijkheden zijn. Er is dus een discrepantie tussen mijn beoordeling en de mening van de werkneemster en haar begeleiders.
Om een definitief oordeel te krijgen wil ik u daarom adviseren een onafhankelijk, specialistisch onderzoek te laten doen naar de medische problematiek om de belastbaarheid goed in kaart te brengen. Een onderzoek bij Ergatis is daarvoor een goede optie.
Ik ben nog steeds van mening dat een beperkte hervatting in passende (rekening houden met beperkingen betreffende de concentratie, geheugen, verdelen van de aandacht, hanteren van deadlines en verstoringen) werkzaamheden aan de orde is.
Mijn advies is 2 X l uur per week (geen opeenvolgende dagen gedurende de eerste twee weken) passend werk wil ik dan ook handhaven. Passend werk is nog altijd licht administratief werk. In het kader van de verminderde mobiliteit van werknemer adviseer ik de werkgever de werknemer op te halen en terug te brengen. Indien dit niet realiseerbaar is, kunnen partijen een andere oplossing zoeken voor het vervoer zoals de taxi. In afwachting
van het specialistische onderzoek wil ik wel adviseren de 2 X 1 uur nog niet uit te breiden maar in ieder geval wel te handhaven, dat is immers belangrijk voor het contact met de arbeidsmarkt.
(...)
Naast de arbeidsongeschiktheid door ziekte ervaart uw medewerkster ook een probleem in de arbeidsrelatie. Deze wordt vooral veroorzaakt doordat zij aangeeft een negatieve bejegening door de werkgever te hebben ervaren waardoor zij terugkeer op de werkvloer als zeer moeilijk ervaart. Ik heb daarom contact opgenomen met de werkgever. De werkgever geeft aan dat de werknemer beslist welkom is. De zorgen van de werknemer hierover zijn naar aanleiding van de le jaars evaluatie besproken met al haar collega’s door werkgever en deze geeft aan dat als werknemer weer zou komen naar de werkvloer dit ook zal ervaren.
(...)
Ik begrijp dat de bedongen arbeid intussen niet meer bestaat. Re-integratie in Spoor 1 met als einddoel terug in eigen werk kan daarmee niet meer aan de orde te zijn, wel is het aan te bevelen re-integratie in de huidige werkplek op te pakken en daarnaast een Spoor 2 re-integratie op te starten.
(…)
Het is in dat kader aan te bevelen de start van een Spoor 2 re-integratie op te schorten totdat de expert rapportage ontvangen is.”