Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
gevestigd te Utrecht,
verweerster in het (voorwaardelijk) incidenteel hoger beroep,
in eerste aanleg: verzoekster, tevens verweerster in het voorwaardelijk tegenverzoek,
hierna: Cargoguide,
wonende te [woonplaats] ,
verzoeker in het (voorwaardelijk) incidenteel hoger beroep,
in eerste aanleg: verweerder, tevens verzoeker in het voorwaardelijk tegenverzoek,
1.1. Het geding in eerste aanleg
23 november 2016 die de kantonrechter (rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht) heeft gewezen.
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift van Cargoguide met producties, waaronder de stukken van de eerste aanleg, ingekomen bij de griffie van het hof op 22 februari 2017;
- het verweerschrift in het incidenteel hoger beroep van Cargoguide;
- een brief van 15 mei 2017 van mr. Eerbeek voornoemd met bijlage 16 en een USB stick;
- een faxbericht van 17 mei 2017 van mr. Van Drunen voornoemd;
5 juli 2017 of zoveel eerder als mogelijk is.
3.De vaststaande feiten
“10. Advies stappenplan re-integratie-activiteitenIk zag betrokkene op mijn spreekuur. Hij stelt klachten te ervaren die samenhangen met de werksituatie (pesten).
“Middels deze brief geven wij u een officiële waarschuwing voor het niet meewerken en belemmeren van uw re-integratie.(…)- U ben in het beginsel zonder opgave van reden niet komen opdagen op het spreekuur van de bedrijfsarts op woensdag 9 maart jl. Recentelijk hebt u voor eerder genoemde reden ook al een waarschuwing van ons gehad betreffende het niet komen opdagen op het spreekuur van de bedrijfsarts op woensdag 11 november 2015.- U ben niet of nauwelijks telefonisch bereikbaar, eventuele communicatie verloopt via de APP. U belt niet terug op verzoek van uw werkgever of casemanager, Concept plus (arbodienst) en de mediator mevrouw [naam mediator] . Alle betrokkene geven aan dat u bij telefonisch contact niet opneemt of terugbelt ook na het inspreken van de diverse voicemail berichten.- U geeft aan diverse malen niet bereikbaar te zijn of de mail niet te hebben ontvangen. Omdat u telefoon nog steeds onder het zakelijk abonnement van uw werkgever valt, hebben wij inzicht in uw bel, mail en internetgegevens. Overzichten van de provider van uw mobiele telefoon tonen aan dat er wel degelijk sprake is van internet ontvangst en telefoon ontvangst. Dit verbruiksoverzicht toont tevens aan dat u belt, gebruikt maakt van internet, berichtenservice en APP. Uitspraken inzake het niet hebben ontvangen van mail of het niet bereikbaar zijn staan onzes inziens geheel haaks op de berichten die wij kunnen inzien van de betreffende provider.- U bent op maandag 6 maart niet komen opdagen voor een 1e gesprek met onze mediator mevrouw [naam mediator] na herhaaldelijk mail en telefonisch contact.- Afgelopen vrijdag 11 maart hebben wij een aangetekende brief naar u verzonden met het re-integratie plan van aanpak en de uitnodiging om dinsdag 15 maart jl. op kantoor te komen. Helaas hebt u wederom niets laten horen en bent u niet komen op dagen.
“Wij hebben tot op heden nog geen reactie gehad op het voorstel wat wij afgelopen vrijdag 1 april hebben verstuurd.
“Betrokkene is op dit moment volledig arbeidsongeschikt. Hij heeft een behandelaar. Betrokkene is beperkt in persoonlijk functioneren. Betrokkene is beperkt in energie, concentratie, hanteren van druk en stress.
“Ik heb met de heer [geïntimeerde] afgesproken dat ik via de werkgever een advies zal inwinnen bij de bedrijfsarts, om na te gaan wat er van de heer [geïntimeerde] verwacht kan worden in het Spoor 2 traject. Zodra ik hiervan een terugkoppeling ontvangen heb, neem ik via de mail contact met de heer [geïntimeerde] op.”
1. VRAAGSTELLING
“Ik heb hier de verslagen van de bedrijfsartsen voor mij liggen en hierin staat duidelijk vermeld dat ik volledig arbeidsongeschikt ben. Dit houdt in dat ook het opstarten van 2e spoor reïntegratie helaas op dit moment nog niet aan de orde is.”
“Bij e-mail van 3 augustus 2016 gaf u [naam consultant] van Optios te kennen dat het opstarten van 2e spoor re-integratie volgens u nog niet aan de orde zou zijn. U gaf om die reden geen gehoor aan haar herhaald verzoek tot het opstarten van uw re-integratie in het 2e spoor.U voldoet hiermee niet aan uw verplichting mee te werken aan redelijke voorschriften of getroffen maatregelen die erop gericht zijn u in staat te stellen tot het verrichten van passende arbeid. Een deugdelijke grond voor uw weigering hieraan mee te werken ontbreekt, gelet op (onder meer) het advies van de bedrijfsarts en het recent door UWV afgegeven deskundigenoordeel waarin de arbeidsdeskundige in lijn met het oordeel van de bedrijfsarts en de bevindingen van de verzekeringsarts vaststelt dat wij als werkgever conform de adviezen van de bedrijfsarts en de eisen in de Wet verbetering poortwachter hebben gehandeld, terecht prikkelende maatregelen namen om u tot re-integratie te bewegen, daarbij geen onredelijke eisen stelden en wij (resumerend) genoeg deden aan uw re-integratie.Vanwege uw weigering mee te werken aan het opstarten van uw re-integratie in het 2e spoor handelt u in strijd met uw re-integratieverplichtingen en heeft u niet langer aanspraak op loon tijdens ziekte. De loonbetaling is derhalve met ingang van vandaag gestaakt.
“Zijn er wijzigingen in beperkingen ten opzichte van vorig consult
4.De verzoeken in eerste aanleg en de beoordeling daarvan
5.De beoordeling in hoger beroep
a. de werknemer niet eerst schriftelijk heeft gemaand tot nakoming van die verplichtingen of om die reden, met inachtneming van het bepaalde in artikel 7:629 lid 7 BW, de betaling van loon heeft gestaakt;
of
b. niet beschikt over een verklaring ter zake van een deskundige als bedoeld in artikel 7:629a BW, tenzij het overleggen van deze verklaring in redelijkheid niet van de werkgever kan worden gevergd.
- Kamerstukken II 2013-2014, 33 818, nr. 3, p. 107:
“In het vijfde lid wordt als eis gesteld dat de werkgever de werknemer eerst schriftelijk heeft gemaand tot nakoming van de verplichtingen, bedoeld in artikel 7:660a BW, of om die reden de betaling van het loon heeft gestaakt,alsmede(onderstreping door het hof)
dat de werkgever in een dergelijk geval dient te beschikken over een deskundigenverklaring als bedoeld in artikel 7:629a BW. Deze laatste eis wordt ook gesteld in het vierde lid. De deskundigenverklaring dient wel van een naar het oordeel van de geconsulteerde rechter voldoende recente datum te zijn.”- Kamerstukken II 2013-2014, 33 988, nr. 3, p. 12:
“Ten slotte wordt voorgesteld aan artikel 7:671b, vijfde lid, onderdeel b, toe te voegen dat het overleggen van een deskundigenoordeel niet van de werkgever wordt verlangd, als dit in redelijkheid niet van hem kan worden gevergd. Dat kan bijvoorbeeld aan de orde zijn als het niet mogelijk is om snel een dergelijke verklaring te verkrijgen doordat de werknemer zich onbereikbaar houdt en aldus daaraan geen medewerking verleent. Dit zal mede in het licht van de omstandigheden van het geval moeten worden afgewogen. Hiermee wordt aangesloten bij artikel 7:629a, tweede lid.”
Als de werknemer, nadat de werkgever hem daartoe schriftelijk gemaand heeft,of(onderstreping door het hof)
nadat de loonbetaling is gestaakt, alsnog, binnen een redelijke termijn, de verplichtingen die uit artikel 7:660a BW voortvloeien nakomt, is niet meer aan de vereisten voldaan.”Deze zinsnede, met name het daar vermelde woordje “of”, biedt naar het oordeel van het hof geen steun voor het standpunt van Cargoguide. Genoemd citaat heeft slechts betrekking op artikel 7:671b lid 5 onder a BW.
“er is geen sprake van GBM(hof: geen benutbare mogelijkheden)
, betrokkene is belastbaar voor werk alleen op dit moment niet bij eigen werkgever tenzij het conflict is opgelost”, faalt dan ook.
“1. VRAAGSTELLING
€ 1.788,- voor salaris advocaat overeenkomstig het liquidatietarief (twee punten, tarief II in hoger beroep).