Uitspraak
[appellant],
[geïntimeerde],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
ik ben de komende week weg ik heb de zwarte strip er afgereden bij het uiwijken van een auto snelheid was
maandelijkse vergoeding aan u conform afspraak”.
voordat ik de restante bedrag van september over ga maken, wil ik het ene nog kwijt. Ik ben op gesprek geweest bij [X] . Daarbij ben jij ook aan te pas gekomen. Zolang jij bij mij in de dis staat, mag je blijven door rijden met de auto die jij nu hebt. Wat officieel niet mag. Maar omdat wij die afspraak hebben gemaakt in [plaats] blijft dat zo en anders moet je een nli geschikte auto aanschaffen en jezelf helemaal opnieuw inschrijven. Alleen ik wil wel een tegemoetkoming zien zolang je bij mij in de dis staat."
verder tav de tegemoetkoming, waar denk je zelf aan? Je had mij toegezegd, dat ik het volle bedrag zou krijgen."
tegemoetkoming als volgt
ga jij de diesel, de verzekeringen ed betalen (...) Je schreef, dat je mij het volle bedrag ging betalen en nu maak je er dit van.”
ik ga niet akkoord met de bedragen, die jij per maand wilt ontvangen, zijnde € 600,-. De door jouw gewenste vergoeding voor de verrichte diensten (lees: het aflezen van het aantal pakketjes met bijbehorende vergoedingen) is niet conform afspraak, tevens onbillijk hoog. De afspraak tussen jou en mij was dat ik het bedrag zou ontvangen dat jij zou ontvangen, 1 op 1. Nu ben ik de onredelijkste niet, en ben ik bereid om een bedrag af te staan ten behoeve van jouw tijd en moeite. Het bedrag dat ik hiervoor wil afstaan is € 100,- per maand, met ingang van september.(…)".
schade aan mijn voertuig, wie draait daarvoor op (...) Nogmaals ik ben bereid jouw te betalen, maar niet hoe jij de voorwaarden opstelt.”
auto betaal ik niet geen afspraken over gemaakt en meerdere mensen reden erin."
Ik wil terugkomen op het gesprek van gister die met [geïntimeerde] is gevoerd.
in onderstaande mail van 11 december jongstleden geef je aan dat alles wat door [geïntimeerde] gereden is in de periode september t/nm november 2013 1 op 1 aan haar betaald zal worden. [geïntimeerde] gaat ermee akkoord dat er per maand een bedrag van € 100,— in mindering gebracht wordt. Zolang wij echter de correcte data en bijbehorende prijzen niet krijgen kunnen wij de gemaakte facturen niet corrigeren.
Er zijn destijds nooit afspraken gemaakt met prijs verhogingen. Verklaar dat is. Er is geen enkele spraak of bewijs van prijs verhogingen."
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.Omvang van het appel
6.De bespreking van de grieven en de vordering
Alleen ik wil nog wel een tegemoetkoming zien, zolang je bij mij in de dis staat. Graag hoor ik van je, hoe je dit wilt gaan doen.” Uit die bewoordingen blijkt dat niet zonder meer sprake was van een aanvaarding door [appellant] van de nieuwe wijze van factureren maar dat [appellant] verder wilde onderhandelen over het deel dat aan hem toekwam, hetgeen [geïntimeerde] redelijkerwijs ook zo heeft moeten begrijpen. Daarna is de discussie tussen partijen (dan) ook voortgezet.
auto betaal ik niet geen afspraken over gemaakt en meerdere mensen reden erin”). Als dan vervolgens [Y 1] in haar e-mail van 13 december 2013 schrijft dat [geïntimeerde] met haar advocaat heeft overlegd en dat die van mening is dat geen afspraken zijn gemaakt over het vergoeden van autokosten en die kosten daarom voor rekening van [appellant] zijn, dan mocht [appellant] die uitlating redelijkerwijs zo opvatten dat niet werd ingestemd met een wezenlijk onderdeel van haar aanbod, namelijk de vergoeding van de autoschade, zodat geen overeenkomst tot stand is gekomen. Dit strookt ook met het feit dat [geïntimeerde] in de procedure betwist heeft tot vergoeding van enige autoschade aan [appellant] gehouden te zijn.
7.De slotsom
- in eerste aanleg (conventie): nihil aan verschotten en € 600,- voor salaris gemachtigde;
- in hoger beroep: € 388,84 aan verschotten en € 1.580,- (2 ½ punt in tarief I) aan geliquideerd salaris van de advocaat.
- in eerste aanleg (conventie): nihil aan verschotten en € 600,- voor salaris gemachtigde;
- in hoger beroep: € 388,84 aan verschotten en € 1.580,- (2 ½ punt in tarief I) aan geliquideerd salaris van de advocaat.