ECLI:NL:GHARL:2017:448
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Wijziging van gezag en omgangsregeling in een echtscheidingszaak met minderjarigen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 19 januari 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake de wijziging van het gezag en de omgangsregeling van twee minderjarige kinderen, geboren in 2005 en 2007. De vader, die in hoger beroep ging tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Overijssel, verzocht om gezamenlijk gezag en een omgangsregeling. De moeder, die het gezag alleen had gekregen, voerde verweer en stelde dat omgang met de vader schadelijk zou zijn voor de kinderen.
Het hof oordeelde dat het gezamenlijk gezag niet in het belang van de kinderen was, gezien de onveilige thuissituatie en de gewelddadige gedragingen van de vader. De vader was eerder veroordeeld tot een taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf wegens bedreiging en mishandeling. Het hof concludeerde dat er een onaanvaardbaar risico bestond dat de kinderen klem of verloren zouden raken tussen de ouders, en dat eenhoofdig gezag bij de moeder noodzakelijk was voor de stabiliteit en veiligheid van de kinderen.
Daarnaast werd het verzoek van de vader om een omgangsregeling afgewezen. Het hof oordeelde dat omgang met de vader, gezien zijn verleden en de impact daarvan op de kinderen, schadelijk zou zijn voor hun ontwikkeling. De moeder werd verplicht om de vader op de hoogte te houden van belangrijke zaken omtrent de kinderen, maar het hof stelde ook een contactverbod voor de vader vast. De beslissing van de rechtbank werd bekrachtigd, en de proceskosten werden gecompenseerd.