Op 23 februari 2009 heeft de Inspecteur een boekenonderzoek bij belanghebbende aangekondigd in het kader van de omzetbelasting. Van het boekenonderzoek is op 21 september 2009 door de controlemedewerker een rapport opgemaakt. In dit rapport staat onder meer:
”(…)
De ondernemingsactiviteit bestaat uit het tegen vergoeding ter beschikking stellen van een deel van de woning. (…)
Op 28 mei 2007 werd door de heer [X] gekocht de woonboerderij met erf, tuin, ondergrond en verdere aan- en toebehoren. (…) De woonboerderij werd in 2008 gesloopt. Op de vrijgekomen plaats is een woning gebouwd voor € 420.000 inclusief € 67.059 OB (…).
Op de aangifte over het jaar 2008 werd in totaal voor € 45.521 teruggaaf gevraagd. Dit bedrag heeft geheel betrekking (…) op het onroerend goed (…).
Op 16 juli 2008 heeft de adviseur tegenover de inspecteur IB de stelling ingenomen dat de grenzen der redelijkheid niet overschreden worden wanneer zij de woning aanmerken als ondernemingsvermogen. Op grond van de schriftelijk overgelegde argumenten is de inspecteur IB akkoord gegaan. Ondanks deze afspraak dient er voor de heffing van OB een nieuwe en objectieve beoordeling plaats te vinden en wel als volgt:
De 2 kantoorruimten op de begane grond zijn zodanig gelegen dat zij beide een afzonderlijke en vanaf buiten te bereiken ingang hebben c.q. beide een ingang hebben die bereikbaar is via een gezamenlijke entree. Ik ben van mening dat deze 2 ruimten wèl aan een willekeurige derde verhuurd zouden kunnen worden. De voorbelasting is daarom wel aftrekbaar voor zover deze betrekking heeft op de 2 kantoorruimten op de begane grond. Om tot een aftrek te komen heb ik de volgende berekening gemaakt.
Blijkens een eerder schrijven van de adviseur aan de Belastingdienst hebben de 2 kantoorruimten op de begane grond een oppervlakte van 35,8 m², terwijl de totale oppervlakte van de begane grond 160,3 m² bedraagt en de totale oppervlakte van het souterrain 102,6 m². Afgerond naar boven bedragen de 2 kantoorruimten op de begane grond 14% van het totaaloppervlak van de woning. Er is daarom 14% van de voorbelasting op de algemene bouwkosten van de woning aftrekbaar. (…)”