Op 22 februari 2017 heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uitspraak gedaan in een wrakingsverzoek van een verzoeker, die niet-ontvankelijk werd verklaard. Het verzoek was gericht tegen alle raadsheren van het gerechtshof, naar aanleiding van een klacht over het niet in behandeling nemen van een aangifte. De verzoeker had op 27 januari 2017 een brief ingediend, waarin hij zijn wrakingsverzoek kenbaar maakte. Deze brief was gericht aan de afdeling strafrecht en bevatte ook een klacht over het niet vervolgen van zijn aangifte. Een tweede brief volgde op 17 februari 2017, waarin de verzoeker zijn eerdere schrijven opnieuw onder de aandacht bracht.
De wrakingskamer heeft de ontvankelijkheid van het verzoek beoordeeld. Het hof concludeerde dat er geen lopende artikel 12 Sv-procedure was en dat op basis van artikel 512 Sv alleen de rechter die de zaak behandelt gewraakt kan worden. Het wrakingsprotocol van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden staat geen wraking van alle raadsheren toe. Daarom werd het verzoek om wraking niet-ontvankelijk verklaard, zonder dat het hof toekwam aan een inhoudelijke beoordeling van het verzoek. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 28 februari 2017.