In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 november 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Gelderland van 10 februari 2016. De verdachte, geboren in 1972 en thans verblijvende in Vught PPC, was eerder ontslagen van alle rechtsvervolging voor de doodslag op zijn echtgenote. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd en de verdachte ter beschikking gesteld met dwangverpleging. Tijdens de zitting op 27 oktober 2016 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die de maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege heeft bepleit. De raadsman van de verdachte heeft vrijspraak bepleit voor het tenlastegelegde. Het hof heeft ook de onttrekking aan het verkeer van een in beslag genomen balletjespistool bevolen en de teruggave van andere in beslag genomen goederen aan de rechthebbende gelast. De vordering van de benadeelde partij is toegewezen tot een bedrag van € 3.658,57, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Het hof oordeelt dat de rechtbank op juiste gronden heeft geoordeeld en bevestigt het vonnis waarvan beroep.