ECLI:NL:GHARL:2016:7900
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- A.H. Garos
- R. Krijger
- G. Voorhorst
- M.L.H.E. Roessingh-Bakels
- A.C.L. van Holland
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep op basis van art. 11a Opiumwet na bevestiging vonnis rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 13 juli 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Gelderland van 19 november 2015. De verdachte, geboren in 1960 en wonende te [woonplaats], was in eerste aanleg veroordeeld, maar de officier van justitie heeft hoger beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 29 juni 2016 heeft het hof het dossier bestudeerd en de vordering van de advocaat-generaal gehoord. Het hof heeft vastgesteld dat de rechtbank op juiste gronden heeft geoordeeld en heeft de mankementen aan het onderzoek onderschreven, maar deze niet als een opdracht tot nader onderzoek opgevat. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, waarbij het verzoek van de advocaat-generaal tot aanhouding werd afgewezen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken, onder leiding van voorzitter mr. A.H. Garos, en is openbaar uitgesproken. De verdachte was niet aanwezig tijdens de uitspraak.