Uitspraak
[appellante],
1.Landelijk Incasso Centrum,
Landelijk Incasso Centrum,
2.ISD Noordoost,
ISD,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 8 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot vaststelling van een dwangakkoord door de appellante, die in financiële problemen verkeert. De rechtbank Overijssel had eerder, op 20 juni 2016, het verzoek van de appellante tot vaststelling van een dwangakkoord afgewezen. De appellante, die arbeidsongeschikt is en een WWB-uitkering ontvangt, heeft 26 concurrente schuldeisers en één preferente schuldeiser, met een totale schuldenlast van € 38.545,12. De appellante heeft een schuldregeling aangeboden, maar de schuldeisers, waaronder het Landelijk Incasso Centrum en ISD Noordoost, hebben geweigerd in te stemmen met deze regeling.
Het hof heeft in zijn beoordeling gekeken naar de ontvankelijkheid van het hoger beroep en de omstandigheden waaronder de schuldeisers hun instemming hebben geweigerd. Het hof oordeelt dat de ISD, ondanks haar verplichtingen op grond van de WWZ/BBZ/Beleidsregels, in redelijkheid niet tot weigering van instemming met de schuldregeling heeft kunnen komen. Het hof heeft daarbij de belangen van de schuldeisers afgewogen tegen de belangen van de appellante en de andere schuldeisers die wel hebben ingestemd met het akkoord. Het hof concludeert dat de appellante, gezien haar financiële situatie en de omstandigheden, recht heeft op een tweede kans om schuldenvrij te geraken.
Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en de schuldeisers bevolen in te stemmen met de door de appellante aangeboden schuldregeling, inclusief het door haar gespaarde bedrag. De kostenveroordeling is afgewezen, omdat beide partijen recht hebben op onverkorte betaling van hun schulden. Dit arrest biedt een belangrijke uitspraak over de mogelijkheden van een dwangakkoord en de rol van schuldeisers in dergelijke procedures.