Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep, verder te noemen: de rechthebbende,
[verweerster] B.V.,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 30 augustus 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over het ontslag van een bewindvoerder op eigen verzoek. De rechthebbende, die in hoger beroep ging, verzocht het hof om de beschikking van de kantonrechter te vernietigen, waarin de bewindvoerder werd ontslagen en een opvolgend bewindvoerder werd benoemd. De rechthebbende stelde dat de kantonrechter niet had mogen overgaan tot ontslag van de bewindvoerder voordat deze eindrekening en verantwoording had afgelegd over de periode waarin zij als bewindvoerder had gefunctioneerd. Het hof oordeelde dat het afleggen van eindrekening en verantwoording geen voorwaarde is voor het ontslag van een bewindvoerder. De rechthebbende had geen bezwaar tegen de overdracht van het bewind aan de opvolgend bewindvoerder, maar meende dat dit pas mocht plaatsvinden na het afleggen van de eindrekening. Het hof concludeerde dat de kantonrechter de beschikking terecht had bekrachtigd en dat de verzoeken van de verweerster B.V. om de kosten van het hoger beroep onder de bewindskosten te laten vallen, werden afgewezen. De beslissing van de kantonrechter werd bekrachtigd, en het hof wees het meer of anders verzochte af.