Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
(...) U heeft gezegd dat het wat u betreft "klaar is". U hebt mij gegarandeerd dat u het perceel in een zodanige staat hebt opgeleverd dat mijn cliënt het perceel kan ploegen en voor het aanstaande teeltseizoen in kan zaaien (...). Cliënt heeft evenwel de indruk dat het puin is weggemoffeld en dat er zich nog een groot aantal stobben in de bodem bevindt. Het is lastig om uitsluitend op aanblik te beoordelen of het perceel op behoorlijke wijze is opgeleverd. Omdat cliënt er nog niet van overtuigd is geraakt dat het perceel ploeg- en zaaiklaar is, zal hij hier op korte termijn nader
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
- voor recht zal verklaren dat [pachter] aansprakelijk is voor alle kosten die gepaard gaan met het verwijderen, transporteren en afvoeren van grof puin (groter dan 40 mm) uit de bodem van het gepachte tot een diepte van 40 cm;
- [pachter] zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan
5.De motivering van de beslissing in hoger beroep
- Voor zover gedeelten van het gepachte bij het aangaan van de pacht verhard waren en door [pachter] op 1 maart 2014 weer in die staat aan [verpachter] ter beschikking zijn gesteld, is op dat punt van een tekortkoming van [pachter] geen sprake.
- Voor zover ten gevolge van de inzet door [verpachter] van de diepwoeler (rechtsoverweging 5.7) stobben of stukken puin die zich ten tijde van de oplevering op 1 maart 2014 bevonden op een diepte van meer dan 40 centimeter terecht zijn gekomen in de voor agrarische exploitatie relevante bovenlaag tot en met 40 centimeter diepte, is ten aanzien daarvan evenmin sprake van een tekortkoming van [pachter] .
- Op de comparitie van partijen op 3 maart 2016 is in het bijzijn van partijen en hun advocaten een kaart van het gepachte (bron: ‘Google Maps’) besproken en zijn op die kaart door een van de raadsheren van het hof aantekeningen gemaakt naar aanleiding van opmerkingen van partijen en hun antwoorden op toen gestelde vragen. Deze kaart is aan dit arrest gehecht. Het hof zal, indien bewijs door getuigen zal worden geleverd, aan de hand van eenzelfde kaart de getuigen vragen stellen en de advocaten van partijen de gelegenheid geven dat ook te doen.
6.De beslissing
uitsluitendbewijs door bewijsstukken wenst te leveren, hij die stukken op de roldatum 5 juli 2016 in het geding dient te brengen;
beidepartijen, van hun advocaten en van de getuigen zal opgeven op de
roldatum 21 juni 2016,waarna dag en uur van het verhoor (ook indien voormelde opgave van een of meer van partijen ontbreekt) door de raadsheer-commissaris zullen worden vastgesteld;