Uitspraak
De beslissing van de kantonrechter
Het procesverloop
Beoordeling
[kenteken].
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Gelderland, die op 25 juli 2014 het beroep van de betrokkene ongegrond verklaarde. De betrokkene had een administratieve sanctie van € 89,- opgelegd gekregen wegens het overschrijden van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom met 11 km/h op 30 januari 2013. De betrokkene stelde dat hij recht had op inzage in het zaakoverzicht en de foto's van de gedraging om te kunnen controleren of hij de overtreding had begaan. Het hof oordeelde dat de officier van justitie deze stukken had moeten verstrekken, zoals voorgeschreven in artikel 7:18, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Aangezien dit niet was gebeurd, vernietigde het hof de beslissing van de kantonrechter en verklaarde het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de officier van justitie gegrond.
Het hof beoordeelde vervolgens het beroep tegen de inleidende beschikking. De betrokkene had inmiddels wel toegang gekregen tot de foto's en het zaakoverzicht. Het hof concludeerde dat de ambtsedige verklaring van de verbalisant voldoende bewijs bood voor de vaststelling van de gedraging. De betrokkene had geen specifieke feiten of omstandigheden aangedragen die aanleiding gaven om aan de verklaring van de verbalisant te twijfelen. Daarom verklaarde het hof het beroep tegen de inleidende beschikking ongegrond. De beslissing van het hof was dat de eerdere beslissing van de kantonrechter werd vernietigd, de beslissing van de officier van justitie werd gegrond verklaard en het beroep tegen de inleidende beschikking ongegrond werd verklaard.