2.5Het hof stelt het volgende vast:
[geïntimeerde] heeft uitsluitend de jaarrekeningen over 2008 tot en met 2010 in het geding gebracht, doch niet de onderliggende administratie, waarbij gelet op het voorgaande met name valt te denken aan de grootboeken debiteuren, bank en crediteuren, alsmede facturen en betalingsbewijzen. In haar akte heeft [geïntimeerde] niet aangegeven dat en waarom zij niet over deze bescheiden beschikt of kan beschikken. Ten pleidooie had zij nog gesteld te (kunnen) beschikken over de administratie van de onderneming.
De genoemde jaarrekeningen bieden slechts een summier inzicht. De wettelijk voorgeschreven toelichtingen (artikel 2: 361 lid 2 BW) ontbreken ten aanzien van de balansen over de jaren 2008 en 2009.
Over 2008 is geen winst- en verliesrekening overgelegd. Wel is het resultaat over dat jaar (een verlies van € 109.087,-) kenbaar uit de winst- en verliesrekening over 2009. Uit de balansen over 2008 en 2009 blijkt niet hoe de resultaten over die jaren in de balansen zijn geboekt. Als gezegd ontbreekt een toelichting hierop. Wat betreft 2008 valt wel op dat in de balans de rekening-courantschuld aan ‘Victoria Participaties’ per ultimo 2007 groot € 112.509,- per ultimo 2008 is veranderd in een rekening-courant
vorderinggroot € 5.143,-. Een verklaring hiervoor is niet gegeven. Het heeft er de schijn van dat het negatieve resultaat over 2008 direct in deze rekening-courant is geboekt. In de balans over 2009 is de vordering op Victoria Participaties per ultimo 2008 ad € 5.143,- echter verdwenen en is deze gesteld op 0. Dit wordt aan de passiefzijde gecompenseerd doordat de post rekening-courant gelieerde ondernemingen is aangepast van € 68.864,- naar € 63.721,-. [X] spreekt in prod. 7 over een “presentatiewijziging” doch die verklaring volstaat niet. Het mag zo zijn dat het saldo van kortlopende activa en kortlopende schulden niet is gewijzigd, de omvang van de activa is gedaald ten gunste van een of meer crediteuren (‘gelieerde ondernemingen’), zonder dat dit wordt toegelicht.
Wie of wat Victoria Participaties is en wat haar positie is ten opzichte van World@Work legt [geïntimeerde] overigens niet uit. Evenmin geeft zij enige uitleg over het al dan niet bestaan van een concernstructuur en een fiscale eenheid. Zij heeft niet betwist betrokken te zijn bij vele (gelieerde) rechtspersonen (vergelijk het door SNCU als prod. 8 bij MvG overgelegde schema) maar enig inzicht daarin heeft zij niet gegeven, laat staan dat zij haar betwisting van de gestelde mogelijkheid om intern krediet aan te trekken ook maar enigszins heeft onderbouwd.
Er is aanvankelijk door [geïntimeerde] gesteld dat de openstaande facturen op Aardse Orchideën zijn afgeboekt. Thans wordt gesteld dat deze facturen in de loop van 2008 zijn voldaan. Van enige onderbouwing daarvan door middel van de administratie (zie i) is echter niet gebleken. Dat de betaling van de onderhavige facturen is omgeleid naar de gelieerde vennootschap waarmee Aardse Orchideën zaken is gaan doen na het verbreken van de samenwerking met [geïntimeerde] (zie r.o. 7.16 en 7.17 van het tussenarrest) is daarmee nog steeds een denkbare mogelijkheid.
Over 2009 zou voor € 20.000,- aan kosten voor een administrateur zijn gemaakt in verband met het onderzoek dat door Providius was ingesteld. In de stukken is nimmer melding gemaakt van een zodanig onderzoek en door wie dit zou zijn uitgevoerd. Enig bewijs voor de betaling van dit (opvallend ronde) bedrag is niet geproduceerd.
Omtrent de diverse rekeningen-courant bestaat veel onduidelijkheid. Het hof verwijst naar wat reeds onder iii is overwogen inzake de rekening-courant met Victoria Participaties. Daarnaast valt het volgende op. De balans over 2008 vermeldt een rekening-courant
vorderingop de directie van € 51.001,-. Voorts is er een rekening-courant
schuldaan gelieerde ondernemingen groot € 68.864,-. De balans over 2009 vermeldt een rekening-courantvordering op de directie van € 53.041,- en een rekening-courantschuld aan gelieerde ondernemingen per
31 december 2008 groot € 63.721,- (afwijkend dus van de balans over 2008) en per 31 december 2009 groot € 79.080,-. Een verklaring voor genoemde afwijking wordt niet gegeven. Waaruit de mutaties in de rekeningen-courant in 2009 bestaan wordt evenmin verklaard. Onder 8 van haar akte stelt [geïntimeerde] dat onder ‘rekening-courantverhoudingen met gelieerde ondernemingen’ ook is begrepen de ‘rekening-courant directie’. Het hof kan haar daarin niet volgen, aangezien beide afzonderlijk als posten zijn opgenomen in de balans. In de balans over 2010 is er geen rekening-courantvordering meer op de directie en is de rekening-courantschuld aan gelieerde ondernemingen gedaald naar € 30.693,-. Enige verklaring ontbreekt. Feit is dat een actief van € 53.041,- van de balans is verdwenen, zonder enige toelichting.
Voorts blijkt uit het voorgaande dat de in de stukken door [geïntimeerde] ingenomen stelling dat vanaf het beweerde staken van de onderneming in 2008 SNCU de enige schuldeiser was, naast een kleine schuld aan de Belastingdienst, niet strookt met de overgelegde jaarrekeningen. Daaruit blijkt immers van de hiervoor genoemde rekening-courantschuld aan gelieerde ondernemingen.
Ten slotte valt op dat de schuld aan SNCU niet in de balans is opgenomen. Niet in die van 2009 (toen SNCU haar vordering kenbaar maakte) en ook niet in 2010 (toen SNCU een dagvaardingsprocedure was begonnen), terwijl evenmin ter zake een voorziening op de balans is getroffen.
Jaarstukken over de jaren 2011 en 2012 ontbreken.