6.1In het echtscheidingsconvenant d.d. 3 augustus 2005 is ten aanzien van de partner- en de kinderalimentatie onder meer het volgende opgenomen:
"
Artikel 1. alimentatie vrouw
1. De ondergetekenden stellen vast dat zij met ingang van verkoop en levering van voormelde echtelijke woning duurzaam gescheiden zullen gaan leven. Vanaf die datum tot maximaal twaalf jaar daarna wordt er door de man een bedrag van
drieduizend vijfhonderd euro (€ 3.500,00)bruto per maand aan alimentatie aan de vrouw betaald.
2. De hoogte van de alimentatie is gekoppeld aan de winst uit onderneming (tandartspraktijk) van de man en wordt van jaar tot jaar bepaald aan de hand van de jaarstukken per ultimo van elk jaar, geldend voor het daaropvolgend jaar, volgens de hierna onder punt 1.3 opgenomen formule, met dien verstande dat de alimentatie nooit minder zal zijn dan drieduizend vijfhonderd (€ 3.500,00) per maand. Investeringsbeslissingen in de onderneming zijn uitsluitend ter beoordeling van de man en worden alleen door hem genomen. Bij gehele of gedeeltelijke staking van zijn onderneming zal de regeling mutatis mutandis van toepassing zijn op het bruto jaarinkomen van de man. Bij voorgenomen staking van de onderneming zal de man de vrouw minimaal vier maanden tevoren informeren.
3. Met inachtneming van punt 1.2 wordt de alimentatie vastgesteld aldus: winst uit onderneming minus netto kinderalimentatie per jaar, minus eventuele kosten van kinderopvang (creche en naschoolse opvang), minus de netto-rentelasten van de man ter zake van de lening als bedoeld in artikel 6.4, gedeeld door twee, tot een maximum van vierduizend vijfhonderd euro (€ 4.500,00) per maand. Onder netto-rentelasten wordt verstaan de rente na eventuele belastingaftrek conform box 1.
(…)
Artikel 2. eigen inkomsten vrouw
1. Bij de vaststelling van de alimentatie voor de vrouw is ervan uitgegaan dat de vrouw ten tijde van het ondertekenen van het convenant geen inkomsten uit arbeid heeft. De vrouw zal zich inspannen om in de komende jaren betaald werk te vinden, teneinde (tenminste ten dele) in haar eigen levensonderhoud te voorzien. Indien de vrouw inkomsten uit arbeid gaat genieten, zal dit inkomen voor dertig procent (30%) op de alimentatie worden gekort onder de verplichting voor de man om deze korting op de alimentatie van de vrouw aan te wenden voor de verhoging van de alimentatie voor de kinderen met tweehonderd vijftig euro (€ 250,00) per maand per kind casu quo tot het bedrag van inperking van de alimentatie van de vrouw voorzover deze minder is.
(…)
Artikel 5. gezagsvoorziening, omgangsregeling en alimentatie kinderen
(…)
4. Met ingang van de datum als bedoeld in artikel 1.1 en zolang de kinderen minderjarig zijn betaalt de man aan de vrouw maandelijks bij vooruitbetaling, vóór de eerste van de maand, een alimentatie voor de kinderen van
vijfhonderd euro (€ 500,00)per kind met inachtneming van het hiervoor in artikel 2 bepaalde. Deze alimentatie zal zijn onderworpen aan de wettelijke indexering als bedoeld in artikel 1:402a Burgerlijk Wetboek, voor het eerst per 1 januari 2006.
(…)"