Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 7 oktober 2014 tot en met 24 oktober 2014, te Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, althans zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) van voorwerp(en), te weten - onder meer - :
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2009 te Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een werkgeversverklaring afgegeven door of namens [bedrijf 1] (zaaksdossier 3, p. 33),
Geldigheid dagvaarding
Overweging met betrekking tot het bewijs
Voornoemde werkgeversverklaring zou op 3 augustus 2009 namens de onderneming [bedrijf 1] ondertekend zijn door een zekere ‘ [naam 1] ’. Bij de Kamer van Koophandel en bij de belastingdienst is deze [naam 1] niet bekend als werknemer, bestuurder of eigenaar van genoemde onderneming. Integendeel, uit het uittreksel van de Kamer van Koophandel d.d. 11 november 2014 blijkt dat [betrokkene] sinds 14 juli 2009 namens de onderneming alleen bevoegd is tot het tekenen van dergelijke verklaringen. De door verdachte en [betrokkene] in hun verklaringen als eigenaar naar voren gebrachte persoon, genaamd [naam 2] , is blijkens het aanvullend proces-verbaal van bevindingen nimmer betrokken geweest bij de onderneming en reeds in januari 2009 overleden. Daarnaast volgt uit het aanvullend proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 april 2015, maar ook uit het daaraan voorafgaande proces-verbaal van valsheid in geschrifte/oplichting d.d. 7 december 2014 en bijbehorende bijlagen, dat de onderneming [bedrijf 1] in de jaren 2008 en 2009 heeft stilgelegen en er geen activiteiten hebben plaatsgevonden. De inkomsten die verdachte gegenereerd zou hebben door zijn vermeende werkzaamheden voor dit bedrijf zijn bovendien niet bekend bij de belastingdienst.
Bewezenverklaring
hij op in de periode van 7 oktober 2014 tot en met 24 oktober 2014, in Nederland, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft hij, verdachte van voorwerpen, te weten - onder meer -:
hij op in de periode van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2014 in Nederland, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een valse of vervalste werkgeversverklaring afgegeven door of namens [bedrijf 1] ,
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Beslag
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren.