Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
13 oktober 2015
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Almelo(hierna: de Inspecteur)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
4.Beoordeling van het geschil
€ 563.411 x 1/10 = € 56.341 per kalenderjaar x 0,5 wegens gebruik in 2007 gedurende een half jaar (vgl. HR 17 mei 2013, nr. 11/02666, ECLI:NL:HR:2013:BX7168) = € 28.171 x 95 % privé gebruik = € 26.762 x 19 % omzetbelasting = € 5.085.
medezakelijk worden gebruikt, heeft de Inspecteur terecht een schatting gemaakt in hoeverre deze ruimtes pro rata temporis in de periode van 1 juli tot en met 31 december 2008 privé respectievelijk zakelijk werden gebruikt. Gelet op de beperkte economische activiteiten van belanghebbende in die periode, acht het Hof het door de Inspecteur becijferde zakelijke gebruik van de bedoelde ruimtes in de woning, gezamenlijk beschouwd, op 13 percent van de beschikbare tijd, aannemelijk. Daaruit volgt een zakelijk gebruik van 13 percent van 37,8 percent is 5 percent van de totale woning en derhalve een privégebruik van 95 percent. Het gelijk is derhalve aan de zijde van de Inspecteur.