Uitspraak
de maatschap,
[geïntimeerde],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
De vaststaande feiten
(30 januari 2012). Het hof zal daarom uitgaan van de tekst van de Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, zoals die op 30 januari 2012 gold. Het geschil betreft een burgerlijke en handelszaak als bedoeld in artikel 1 van die verordening. Ingevolge artikel 2 van de verordening is de Nederlandse rechter bevoegd om van het geschil kennis te nemen.
4.De slotsom
5.De beslissing
15 september 2015.