Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Enschede(hierna: de Inspecteur)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende, een directeur-enig aandeelhouder van een bv, tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland. De rechtbank had eerder de aanslag in de inkomstenbelasting voor het jaar 2012 gehandhaafd, waarbij belanghebbende een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 77.767 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 2.400 had. Belanghebbende verzocht om toepassing van de MKB-winstvrijstelling en de terbeschikkingstellingsvrijstelling, maar de inspecteur van de Belastingdienst wees dit verzoek af. De rechtbank verklaarde het beroep van belanghebbende ongegrond, waarna hij in hoger beroep ging.
Tijdens de zitting op 1 juli 2015 in Arnhem werd het geschil besproken. Belanghebbende stelde dat de MKB-winstvrijstelling en de terbeschikkingstellingsvrijstelling in strijd zijn met het discriminatieverbod, omdat deze alleen van toepassing zijn op ondernemers en aanmerkelijkbelanghouders die vermogensbestanddelen aan hun bv ter beschikking stellen. Het hof oordeelde dat belanghebbende niet als ondernemer kan worden aangemerkt, omdat hij loon uit dienstbetrekking geniet en niet voldoet aan de criteria van de Wet op de inkomstenbelasting. Het hof concludeerde dat er geen gelijke gevallen zijn en dat de wetgever een redelijke en objectieve rechtvaardiging heeft voor het verschil in belastingheffing.
Het hof bevestigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het hoger beroep ongegrond. De proceskosten werden niet toegewezen. Belanghebbende kan binnen zes weken na de verzenddatum van de uitspraak beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.