Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
30 juni 2014 met parketnummer 05-720030-13 in de strafzaak tegen
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 8 juni 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Overijssel. De verdachte was eerder veroordeeld voor het ten laste leggen van moord, doodslag en zware mishandeling, maar heeft hoger beroep ingesteld. Het hof heeft de zaak behandeld op de terechtzittingen van 23 februari 2015 en 26 mei 2015, waarbij het hof ook het dossier van de eerste aanleg heeft bekeken. De advocaat-generaal heeft gevorderd om de verdachte vrij te spreken van de primair en subsidiair tenlastegelegde feiten, maar ook om hem te veroordelen tot een gevangenisstraf van drie jaar voor de meer subsidiair tenlastegelegde feiten. Het hof heeft echter geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs is om de verdachte schuldig te verklaren voor de tenlastegelegde feiten. De verklaringen van de verdachte en de deskundigenrapporten gaven geen overtuiging dat de verdachte opzettelijk de dood van het slachtoffer heeft veroorzaakt. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. Daarnaast heeft het hof de vordering van de benadeelde partij tot schadevergoeding niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte niet schuldig werd bevonden aan de feiten die de schade zouden hebben veroorzaakt. De beslissing van het hof is op 8 juni 2015 ter openbare terechtzitting uitgesproken.