ECLI:NL:GHARL:2015:3689
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontslag van bewindvoerder wegens gewichtige redenen in een civiele procedure
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 12 mei 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over het ontslag van een bewindvoerder. De rechthebbende, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. A.A. Hardoar, verzocht het hof om de beschikking van de rechtbank Midden-Nederland te vernietigen en een nieuwe bewindvoerder te benoemen. De rechthebbende had geen vertrouwen meer in de huidige bewindvoerder, [B] B.V., en stelde dat de relatie onherstelbaar verstoord was door diverse escalaties en onzorgvuldig handelen van de bewindvoerder. De bewindvoerder had geen verweerschrift ingediend en tijdens de mondelinge behandeling op 13 april 2015 was de bewindvoerder vertegenwoordigd door de heer P.H. van Dam.
Het hof heeft vastgesteld dat de kantonrechter eerder had besloten om het verzoek van de rechthebbende af te wijzen. Echter, na de mondelinge behandeling en op basis van de ingediende stukken, concludeerde het hof dat er gewichtige redenen waren om de bewindvoerder te ontslaan. De rechthebbende had intensieve begeleiding nodig vanwege zijn verstandelijke beperking en psychiatrische problematiek, en de huidige bewindvoerder had hierin niet voorzien. De verstoorde verhouding tussen de rechthebbende en de bewindvoerder leidde tot veel onrust en stress voor de rechthebbende, wat zorgwekkend was voor zijn geestelijke en fysieke toestand.
Het hof oordeelde dat de huidige bewindvoerder, [B] B.V., met ingang van heden ontslagen werd en benoemde [D] als opvolgend bewindvoerder. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Deze beslissing werd genomen met inachtneming van de omstandigheden en de noodzaak voor een vertrouwensrelatie tussen de rechthebbende en de bewindvoerder.