ECLI:NL:GHARL:2015:10203
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Beschikking
- E.A.K.G. Ruys
- Y.A.J.M. van Kuijck
- P.R. Wery
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid tot opheffing van voorlopige hechtenis door rechter-commissaris
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 juni 2015 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een verdachte tegen een beschikking van de rechtbank Midden-Nederland. De rechtbank had op 21 mei 2015 het verzoek van de verdachte tot opheffing van de voorlopige hechtenis afgewezen. De verdachte was op 21 april 2015 door de rechter-commissaris in strafzaken in de rechtbank Midden-Nederland in bewaring gesteld voor een termijn van veertien dagen. De tenuitvoerlegging van dit bevel was geschorst tot de terechtzitting van 20 juli 2015. De verdachte heeft op 6 mei 2015 een verzoek ingediend om de voorlopige hechtenis op te heffen, maar dit verzoek werd door de meervoudige raadkamer van de rechtbank Midden-Nederland afgewezen. Het hof oordeelde dat zolang het onderzoek ter terechtzitting nog niet was aangevangen, beslissingen over het opheffen of schorsen van de bewaring door de rechter-commissaris genomen moesten worden. De meervoudige raadkamer was derhalve niet bevoegd om het verzoek te behandelen. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en bepaald dat het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis alsnog door de rechter-commissaris behandeld dient te worden. De uitspraak is gedaan op basis van de artikelen 63 en 64 van het Wetboek van Strafvordering.