ECLI:NL:GHARL:2015:10169
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing vordering tot gevangenneming
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 16 december 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beschikking van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, van 30 november 2015. De rechtbank had de vordering tot gevangenneming van de verdachte afgewezen. De officier van justitie had in eerste aanleg op 12 november 2015 een vordering tot gevangenneming ingediend, gebaseerd op een aanvullend proces-verbaal van de politie. Echter, de rechtbank besloot geen acht te slaan op dit proces-verbaal en de officier trok zijn vordering in. Later deed de officier dezelfde vordering in de raadkamer, maar deze werd afgewezen omdat de nieuwe informatie niet voldoende was om tot een bevel tot gevangenneming te komen. Het hof oordeelde dat de raadkamer niet bevoegd was om de vordering te behandelen, aangezien het onderzoek ter terechtzitting al was aangevangen. Het hof vernietigde de beschikking van de rechtbank en verklaarde de officier van justitie niet-ontvankelijk in zijn vordering, op basis van artikel 65, tweede lid van het Wetboek van Strafvordering.